Overslaan en naar de inhoud gaan

procesmanagement

SNELLERE DOORLOOPTIJDEN EN KOSTENREDUCTIE MET STRAIGHT THROUGH PROCESSING
Inhoud De klant van nu is veeleisender dan ooit tevoren; ze verwachten snelheid, gemak en personalisatie van de organisaties waarmee zij in aanraking komen. Om toch een maximale klanttevredenheid te kunnen bereiken, zullen organisatie hun digitale wendbaarheid moeten vergroten, de sleutel tot succes in een continu innoverende digitale wereld. Maar waar begin je? Een snelle en effectieve manier om wendbaarder te worden is het digitaliseren van je bedrijfsprocessen. Door de ontwikkeling van digitale technologieën kunnen organisaties tegenwoordig op verschillende manieren de levenscyclus van hun processen opnieuw definiëren. Wat vroeger bijvoorbeeld dagen kostte, kan tegenwoordig in enkele minuten worden geautomatiseerd en verwerkt. Een van deze manieren is door middel van geautomatiseerde processen, ook wel Straight Through Processing (STP) genoemd. STP is een proces dat volledig geautomatiseerd wordt uitgevoerd door middel van zogenaamde triggers. Het vervangt fysieke en papieren activiteiten door digitale activiteiten, waardoor handmatige arbeid wordt geminimaliseerd.   STP reduceert operationele kosten en versnelt doorlooptijden STP wordt onder andere door financiële instellingen gebruikt om de betalingsverwerking te versnellen, zonder de veiligheid in gevaar te brengen. Het leidt niet alleen tot het verkorten van doorlooptijden, maar ook tot een kostenreductie en vermindert de kans op risico's. Het helpt handmatige processen te elimineren en tegelijkertijd de uitvoering aanzienlijk te versnellen. Een sprekend voorbeeld van STP is het authenticatie proces. Dit proces kan een online transactie vertragen. Met STP kan een bedrijf en klant eenvoudig binnen een paar klikken authentiseren. Dit omvat de hele procedure van het verkopen van een product tot het initiëren van de betaling en het instellen van de levering. Automatische authenticatie laat minder ruimte voor menselijke fouten en fraude. Bovendien kan een snelle authenticatie strategie ook je verkoopinspanningen verbeteren. Daarnaast helpt STP de klanttevredenheid te verhogen doordat het een positieve gebruikerservaring creëert. Wanneer je bijvoorbeeld transactieprocessen verkort, zijn klanten sneller geneigd om zaken met je te doen. STP helpt ook om medewerkers te betrekken en de dagelijkse werkzaamheden te vergemakkelijken. Dankzij een sterke STP-infrastructuur kunnen jouw werknemers gegevens sneller lokaliseren, vragen van klanten sneller beantwoorden en een meer gepersonaliseerde klantervaring creëren.   Krijg inzicht in je bedrijfsprocessen die voor STP in aanmerking komen Voorafgaand aan het implementeren van STP zal je als organisatie keuzes moeten maken. Deze keuzes betreffen onder andere de processen die volgens STP ingericht kunnen worden en de onderdelen van STP die je als organisatie daadwerkelijk wilt implementeren. Dit start met inzicht in je bedrijfsprocessen die voor STP in aanmerking komen, ofwel de bedrijfsprocessen waarvoor het toepassen van STP uit financieel en/of concurrentieoogpunt interessant is. Overweeg jij om Straight Through Processing in je organisatie door te voeren?  Download dan de gratis Whitepaper Straight Through Processing, inclusief 5 stappenplan  
Overheid in Omslag: Dienst Vervoer & Ondersteuning
Inhoud In de blogserie ‘Overheid in Omslag’ spreken we met experts die werkzaam zijn binnen de overheid over onderwerpen zoals bedrijfstransformatie, datagedreven werken en informatiemanagement. We bespreken hoe ze omgaan met de uitdagingen op dit gebied, hoe ze kijken naar de nieuwe ontwikkelingen en welke initiatieven ze nemen om de snelle veranderingen bij te benen. In deze editie van ‘Overheid in Omslag’ spreken we met Gerard Twigt, Controller bij de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O). De Dienst Vervoer en Ondersteuning is een landelijke dienst van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), die het vervoer verzorgt van arrestanten, gedetineerden en vreemdelingen. Digitalisering, informatie, data, processen… Wat houdt DV&O bezig in 2022? Twigt: “Als DV&O zitten we in een veranderprogramma “De DV&O op weg naar 2025”. Binnen dat programma proberen we door middel van het Business Transformatie Framework het overzicht te behouden op het veranderingsproces. Want één van de dingen waar volgens mij veel organisaties mee kampen, is het borgen van veranderingen en de samenhang die er is met andere onderwerpen/activiteiten. Door het hanteren van die BTF systematiek krijg je inzicht, overzicht en samenhang in de activiteiten die je moet ondernemen om succesvol te veranderen. We zijn bijvoorbeeld bezig met het in kaart brengen welke applicaties ons primair proces het beste kan ondersteunen en het inrichten van een veranderportfolio naar een drietal onderdelen. Op die manier hebben we inzicht welke projecten er lopen, aan welke doelstellingen ze een bijdrage leveren en welke processen geraakt worden. Dat overzicht geeft rust, omdat je weet wat er allemaal gedaan moet worden.” Hoe ziet jullie informatie strategie eruit? Twigt: “Eén van onze strategische doelstellingen is ‘het nemen van beslissingen op basis van data’. We zijn dus druk bezig om de data die we daar voor nodig hebben te ontsluiten en beschikbaar te krijgen. Gelukkig hebben we al een afdeling die daar vervolgens ook zinvolle rapporten van kan maken.” “Eén van onze strategische doelstellingen is ‘het nemen van beslissingen op basis van data.” Twigt: “Inmiddels hebben we al rond de 800 processen en/of werkinstructies beschreven. Ook hier willen we een volgende stap te maken door beter gebruik te maken van de procesbeschrijvingen door zogenaamde ‘metadata’ toe te voegen. Dan kun je bijvoorbeeld veel beter inzicht krijgen in je hoog risicovolle processen en bekijken of je compliant bent. Als je namelijk aangeeft welke wet- of regelgeving van toepassing is bij een bepaald proces, kun je veel makkelijker checken of bij een wijziging van die wet- en regelgeving je procesbeschrijving aangepast moet worden. Tot slot denk ik dat in een tijd waarin je wilt automatiseren, dat niet alleen de “WAT” vraag belangrijk is, maar juist ook dat je processen beschreven en actueel moeten zijn. Ik ben er van overtuigd dat IT-projecten mislukken of veel vertraging oplopen, omdat men voorafgaand aan een ICT-project, de WAT-vraag niet heeft beantwoord en men de processen niet op orde heeft. Dat levert altijd problemen op bij de uitwerking, omdat de programmeur altijd zal vragen welk proces je wilt automatiseren.” “Ik ben er van overtuigd dat IT-projecten mislukken of veel vertraging oplopen, omdat men voorafgaand aan een ICT-project, de WAT-vraag niet heeft beantwoord en men de processen niet op orde heeft.” Wat is er nodig om deze strategie effectief tot uitvoering te brengen? Twigt: “Om onze strategie ten uitvoer te kunnen brengen heb je een plek nodig waar je al deze veranderingen bij elkaar kunt brengen en onderling met elkaar kunt verbinden. Want zoals aangegeven, is het borgen van veranderingen het moeilijkste binnen organisaties, want ‘de waan van de dag’ ligt ieder moment weer op de loer. Het is dus belangrijk om naast de dagelijkse activiteiten – je core business – op de achtergrond gestaag te werken aan de lange termijn zaken. Je moet een einddoel hebben. Vergelijk het met een navigatiesysteem, als je geen bestemming ingeeft, dan krijg je geen routebeschrijving. Nadenken over die doelen is dus een belangrijke voorwaarde. Daarom hebben we een nieuwe visie, missie en motto gedefinieerd en is er een zestal strategische doelstellingen geformuleerd. Ook hebben we nagedacht over de uitgangspunten die we willen hanteren op weg naar 2025.” Hoe kijk je naar de I-strategie Rijk ten aanzien van jullie strategie? Twigt: “Ondanks dat de I-strategie toch vaak wat ‘hoog over’ is en niet alles direct van praktisch nut voor de dagelijkse praktijk van een uitvoeringsorganisatie is, is vooral het statement dat ICT ‘chefsache’ is bij de DV&O. Dusdanig vertaald, dat de ICT-portefeuille onder de Algemeen Directeur valt. In de I-strategie van DJI is opgenomen dat organisaties binnen DJI zelf hun kennis op het gebied van ICT moeten verstevigen. Ook dat pakken we op door een nieuwe afdeling op te richten waar alle, nu versnipperde, ICT-gerelateerde activiteiten worden samengebracht. Vanuit daar gaan we langzaam verder bouwen om het veld van de informatievoorziening en het ICT-landschap verder te professionaliseren.” Welke rol speelt het Mavim Platform in de uitvoering van jullie plannen? Twigt: “Het Mavim platform biedt ons de mogelijkheid om het veranderproces wat we hebben ingezet richting 2025 een plaats te geven binnen de DV&O. Een plek waar elke medewerker ook toegang tot heeft. Het geeft ons de mogelijkheid om een zogenaamde kennisbank in te richten waarbij we de onderlinge relaties en afhankelijkheden goed in beeld blijven houden en kunnen borgen. Dit geeft ons het gewenste overzicht, inzicht en samenhang.” “Het Mavim platform biedt ons de mogelijkheid om het veranderproces wat we hebben ingezet richting 2025 een plaats te geven binnen de DV&O” Wat zou je andere overheidsorganisaties mee willen geven voor een succesvolle informatiestrategie? Twigt: “Dat je vooral zelf moet bepalen wat het beste bij je past als organisatie. En daar dan uitvoering aan geven. Ik ben van mening dat het Mavim platform ons daarin prima ondersteunt. Ook de BTF systematiek is een super handig middel om onze strategie verder vorm te geven. En houdt er rekening mee dat dit een traject van de lange adem is, dat je medewerkers moet vrijmaken voor de uitwerking en je ondersteuning krijgt vanuit directie en management. Binnen de DV&O krijgen wij gelukkig de ruimte om dat te doen. Ben je nieuwsgierig geworden? Neem dan gerust een keer contact op. Wij zijn ook heel benieuwd hoe jullie gebruik maken van Mavim.” Tijdens de laatste editie van Overheid365 heeft Gerard, samen met Waterschap Hunze & Aa’s, zijn ervaringen op camera gedeeld tijdens het Webinar ‘Informatievoorziening als hart van beleid, toezicht en uitvoering’. Dit webinar kun je kosteloos terugkijken via deze link.
3 handige takeaways van Overheid365
Inhoud Eind maart vond de derde editie van het online congres Overheid365 plaats. Tijdens tien kennissessies verspreid over drie dagen spraken verschillende experts over de uitdagingen, oplossingen en kansen rondom digitalisering binnen de overheid. Informatiehuishouding, procesoptimalisatie en het beheer van IT en compliance waren een paar van de onderwerpen die dit jaar voorbij kwamen. Met praktijkvoorbeelden van onder andere het Ministerie van Financiën, de Gemeente Katwijk en Waterschap Zuiderzeeland kregen bezoekers een kijkje achter de schermen van de initiatieven die worden genomen voor een toekomstbestendige overheid. Heb je het evenement gemist? Geen zorgen! In deze blog delen we drie belangrijke takeaways van Overheid365. Alle sessies zijn daarnaast ook nog hier on-demand terug te kijken.   1. Er moeten duidelijke afspraken gemaakt worden over het opslaan en delen van informatie   Bij veel overheidsinstanties zorgt de informatiehuishouding voor problemen in de bedrijfsvoering. Informatie ligt vaak versnipperd in documenten, mappen, systemen en e-mails, waardoor deze moeilijk te achterhalen is wanneer het nodig is. Veelal Met als gevolg dat iedereen anders omgaat met het archiveren en organiseren van gegevens, uniformiteit ontbreekt. Met het oog op meer transparantie, de strengere wet- en regelgeving en een betere dienstverlening is een omslag nodig van de manier waarop overheidsinstanties hun informatiehuishouding inrichten. Door processen rondom de informatiehuishouding duidelijk vast te leggen, zoveel mogelijk te standaardiseren en voor iedereen toegankelijk te maken op een centrale plek, kunnen organisaties sneller en efficiënter reageren op verzoeken en nieuwe ontwikkelingen. De juiste informatie is dan in de juiste vorm snel terug te vinden voor bijvoorbeeld audits, het aantonen van compliance of WOB-verzoeken. Dit draagt tevens bij aan een betere weerbaarheid en uitvoering wat uiteindelijk zorgt voor een betere dienstverlening.   2. Goed procesbeheer is nodig voor meer samenwerking en een betere dienstverlening   Een belangrijk streven van de overheid is het verbeteren van de dienstverlening. Deze wordt persoonlijker, centraler, herkenbaar en gebruiksvriendelijker. Als een burger bij de overheid terechtkomt, vind hij het belangrijk om goed en snel geholpen te worden. Het liefst wordt de burger zo min mogelijk van het kastje naar de muur gestuurd, het maakt daarbij niet uit door wie deze uiteindelijk geholpen wordt. Om dit te realiseren moeten overheidsinstanties meer met elkaar samenwerken en meer gegevens uitwisselen. Het samenbrengen van verschillende afdelingen en teams kan echter zorgen voor problemen. Elke afdeling heeft ten slotte een eigen manier van werken en gebruikt daarvoor vaak verschillende IT-systemen. Voor een succesvolle samenwerking zijn er dus duidelijke en uniforme afspraken nodig over de werkprocessen, IT-processen en betekenis van begrippen. Ook deze processen moeten vervolgens weer inzichtelijk en toegankelijk zijn voor iedereen die betrokken is. Een tool voor procesmanagement biedt hier een oplossing voor.   3. Digitalisering zorgt voor nieuwe kansen   Hoewel de nieuwe doelstellingen en digitale transformatie de overheid voor een ingewikkeld vraagstuk stelt, brengt het natuurlijk ook nieuwe kansen. Door digitalisering meteen mee te nemen bij het inrichten van de processen, worden alle mogelijkheden hiervan optimaal benut. Dit draagt bij aan een efficiënte en effectieve bedrijfsvoering, iets wat essentieel is voor een overheid die het steeds drukker krijgt en minder middelen beschikbaar heeft. In een wereld waar verandering een continu is, kan goed procesmanagement en technologie daarnaast zorgen voor wendbaarheid en flexibiliteit zodat de overheid ook in de toekomst de burger goed van dienst kan zijn. Ben je benieuwd naar hoe andere organisaties binnen de overheid omgaan met specifieke veranderingen zoals de rechmatigheidsverantwoording of het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)? Bekijk dan nu onze gratis on-demand webinars!
Het organiseren van datadiensten | Data delen zonder gedoe
Inhoud Data: het ultieme smeermiddel voor het verkrijgen van (maatschappelijke) waarde. Door data om te zetten in inzichten, kun je het welzijn van de burger, maar ook van jezelf verhogen. Daarvoor moet je data wel ‘bevrijden’ en laten stromen. Alleen dan kun je een beter resultaat halen en je doelstellingen bereiken.   De uitdaging Nu barsten we allemaal van de data. Alleen is die data opgesloten in applicaties, bestanden en verschillende communicatiemiddelen die worden gebruikt. Hoe kun je deze data inzetten voor het efficiënt en effectief invullen van je werk? En hoe kun je het eenvoudig delen met collega’s en ketenpartners wanneer dat nodig is, bijvoorbeeld voor beleidsthema’s en gemeentelijke opgaven? Je zit namelijk niet te wachten op gedoe en extra werk.   Datadiensten Het delen van data kun je het beste faciliteren door er een dienst van te maken binnen je eigen organisatie: een datadiensten unit. Een unit die vraag en aanbod bij elkaar brengt en al het benodigde gedoe voor je regelt en bij je wegneemt. Bovendien een unit waar je terecht kunt om je data te laten stromen, op een veilige, verantwoorde en degelijke manier. Zo kun jij je tijd besteden aan zaken waar je echt het verschil mee kunt maken. Bijvoorbeeld de gemeentelijke opgaven, vaak samen met ketenpartners. Het delen van data over en weer zorgt voor betrouwbare inzichten en een efficiënter proces.   Het organiseren Het organiseren van datadiensten kun je onderverdelen in 3 stappen: richten, inrichten en verrichten. Ik vertel je hier in dit artikel graag hoe je dit aanpakt en welke gemeenten er al met datadiensten aan de slag zijn gegaan.   Ronald Kok Data Ambassadeur     Deze blogpost is geschreven door onze partner Scamander. Lees hier het e-book van Scamander over het organiseren van datadiensten.  
2021: Op weg naar de invoering van de Omgevingswet én Wet Kwaliteitsborging
Inhoud Zoals het er nu uitziet worden per 1 januari 2022 de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging ingevoerd. Een druk en spannend jaar voor alle organisaties die hier mee te maken hebben (Gemeenten, Provincies, Omgevingsdiensten, Waterschappen).   Omgevingswetproof? Hoe maak je jouw organisatie ‘Omgevingswetproof’? Aan de ene kant moet het instrumentarium, zoals omgevingsvisie en omgevingsplan, op orde zijn. Aan de andere kant moeten organisatorische veranderingen doorgevoerd worden op het gebied van proces, informatievoorziening en houding & gedrag. Om organisaties hierbij te ondersteunen hebben De Processpecialisten in opdracht van de Vereniging Nederlandse Gemeente ‘de werkende processen aanpak’ ontwikkeld. Deze aanpak bestaat uit referentieprocessen waarin alle directe en indirecte eisen verwerkt zijn die de Omgevingswet stelt. Deze aanpak kan gebruikt worden als: Vertrekpunt voor de inrichting processen Meetlat om te bepalen hoe ver je bent als organisatie om Omgevingswetproof te worden Hulpmiddel bij het uitvoeren van een ketentest/-simulatie   Omgevingswet framework Om de implementatie en borging te versnellen hebben De Processpecialisten in Mavim het Omgevingswet framework ontwikkeld. Dit omvat een verdere uitwerking van de VNG werkende processen. Het framework helpt onder andere om inzicht en overzicht te krijgen van de impact op informatievoorziening en systemen. Daarnaast is het de plek om (werk)afspraken vast te leggen, publiceren en te borgen. Een groot aantal lokale overheden maakt inmiddels gebruik van dit framework. Het framework wordt regelmatig geüpdatet met nieuwe processen en best practices. In het voorjaar volgt een update waarin de impact van de Wet Kwaliteitsborging (Wkb) verwerkt is. Een wet die ook per 1 januari 2022 ingaat.   Datagedreven werken om het het ‘echt’ werkend te krijgen Wij zien procesgericht werken als voorwaarde voor succesvolle implementatie, borging en doorontwikkeling. Procesgericht werken helpt om aandacht te blijven houden voor prestaties (doen we wat we afgesproken hebben?) en doorontwikkeling (wat kunnen we verbeteren?). Hiervoor richten wij ons in organisaties op de rol van proces- en keteneigenaar om vanuit klantbelang te sturen op resultaten en continu verbeteren te stimuleren. Uiteraard heb je daarvoor ook data nodig? Technieken als proces mining worden ondersteund door Mavim en helpen om inzichtelijk te maken hoe processen in de praktijk lopen, waar knelpunten zitten en om datagedreven procesverbetering te stimuleren.   Meer weten? Neem contact op met Vincent Damen (damen@processpecialisten.nl en 06 46 16 26 77)     Deze blogpost is geschreven door onze partner De Processpecialisten. Wil je meer weten over het Omgevingswet Framework? Bezoek dan deze pagina of download de whitepaper Hoe maak je processen Omgevingswetproof?  
De Blauwe Fabriek: Een blik op de toekomst van de ODR
Inhoud De Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) had de missie om te veranderen naar een robuuste organisatie en de basis op orde te hebben. Daarvoor hebben wij de Tool Mavim aangekocht en geïmplementeerd in 2019. De  wens was om op elke afdeling een procesbeheerder te hebben. Om onze Mavim procesbeheerders voldoende bagage mee te geven voor hun ambassadeurs rol, zocht de ODR een passende opleiding. Via een sneakpreview van de training Blik op de Processen bij de gemeente Amsterdam kwam de Blauwe Fabriek in beeld. In de zomer van 2019  en 2020 is de Blauwe Fabriek hier in huis geweest voor trainingen. Ons doel was om de mensen kennis en inzicht te geven in  procesgericht denken en werken en een beheersorganisatie op te zetten. De ODR koos voor de combinatie theorie en praktijk. In het eerste deel heeft een groepje medewerkers de training ‘’Blik op de processen’’ gevolgd. Deze training was inspirerend en makkelijk te volgen. Wij kregen praktische handvaten in de vorm van een tool kit  hoe je b.v. informatie ophaalt  in de organisatie en dat was nuttig. Op een leuke en leerzame manier konden de trainers de inhoud overbrengen en zorgen dat het blijft ‘’hangen’’. Alle deelnemers waren enthousiast over deze training die hun de nodige kennis en inzicht heeft gegeven over procesmanagement en hoe je dit gebruikt. In deel 2 van het project werden wij ondersteund door de Blauwe Fabriek in een aantal pilotsessies om onze processen vast te gaan leggen. Zo hebben wij geleerd om de aangereikte tools toe te passen. Meteen de theorie in de praktijk toepassen! Voor ons was dit een goede start om met onze processen aan de slag te gaan en het beheer daarvan te borgen. In de zomer 2020 hebben wij als extra  een opfristraining gevolgd van Blik op processen. Even de kennis weer opfrissen. Dit is een aanrader! De Blauwe Fabriek hebben wij ervaren als betrokken, inspirerend en klantgericht. Zij denken met je mee en bieden praktische oplossingen.   Auteur: Sharda Liems,  AO-IC adviseur Bedrijfsvoering   Meer weten over het succesverhaal van Omgevingsdienst Rivierenland? Lees hier de blog over hoe ODR haar wendbaarheid vergroot door inzicht in de bedrijfsvoering.
ODR vergroot wendbaarheid door inzicht in bedrijfsvoering
Inhoud Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) is een jonge organisatie die volop in ontwikkeling is en wiens invloed met de huidige en toekomstige duurzaamheids- en veiligheidsvraagstukken alleen maar zal toenemen. Om voorbereid te zijn op de voortdurend wijzigende wet- en regelgeving op het gebied van bouw, waterbeheer en milieu en om slagvaardig te kunnen handelen heeft ODR haar primaire processen in kaart gebracht. Dit is de eerste stap op weg naar een betere sturing, een grotere flexibiliteit en nog meer grip op kwaliteit. In 2014 zijn alle taken rondom milieu en vergunningverlening in handen gelegd van omgevingsdiensten. De Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) voert deze taken uit voor de provincie Gelderland en acht Gelderse gemeenten. ODR is verantwoordelijk voor vergunningverlening en handhaving op een groot aantal terreinen, van bouwen en verbouwen tot duurzaamheid. “De omgeving waarin we opereren verandert sterk. Het politieke belang van een onderwerp als duurzaamheid is sterk toegenomen. Het is dan ook niet vreemd dat we te maken hebben met steeds veranderende wet- en regelgeving, die van grote invloed is op onze processen. Denk bijvoorbeeld aan de Omgevingswet en de AVG”, zegt Marcel Keijman, afdelingsmanager Vergunningverlening.  Een andere uitdaging is het uniformeren van processen in een organisatie die is ontstaan vanuit een aantal kleinere gemeenten. “Het is heel wat anders of je met vier collega’s in een gemeente de vergunningverlening doet of met veertig in een omgevingsdienst. De noodzaak om processen te standaardiseren is nu veel groter. Ook omdat we weten dat we met procesoptimalisatie winst kunnen behalen in doorlooptijd en efficiency.”   Processen in kaart Daarom kreeg AO/IC-adviseur Sharda Liems de opdracht om uit te zoeken hoe ODR haar procesmanagement beter op orde kon krijgen. “De administratieve organisatie bekijkt procesmanagement met name vanuit een financiële blik. Dat is een nogal beperkte blik, want processen hebben natuurlijk op veel meer aspecten impact. Denk bijvoorbeeld aan kwaliteit, of aan de manier waarop mensen samenwerken en output met elkaar realiseren. Bovendien vond ik het belangrijk om inzichtelijk te maken hoe de diverse processen en onderdelen in onze organisatie zich tot elkaar verhouden, waar de nodige raakvlakken zijn. En misschien wel het allerbelangrijkst: hoe kun je je missie, visie en strategie vertalen naar de processen? Als je een strategiewijziging doorvoert, wat betekent dit dan voor je processen? Want uiteindelijk bepaal je op de werkvloer of de strategische doelstellingen zijn behaald. Als je strategie en processen niet aan elkaar kunt relateren, dan weet je eigenlijk niet of je de goede dingen doet en heb je ook geen meetinstrument om te kijken hoe ver je bent met de realisatie van je doelstellingen”, zegt Liems. Daar komt bij dat de organisatie snel groeit, van 125 medewerkers in 2015 tot ruim 200 vandaag de dag. Aan die groei komt waarschijnlijk ook nog geen einde. “Dat betekent dat er continu aanpassingen plaatsvinden in rollen en verantwoordelijkheden. Ook dat wil je centraal vastleggen.”   Brede insteek Daarom stak zij haar opdracht breed in. Ze dacht toekomstgericht: waar wil onze organisatie over vijf jaar staan? Hoe kunnen we die stip op de horizon vertalen naar de werkvloer? De eerste stap was om bij collega-adviseurs eens rond te vragen welke oplossingen zij gebruiken of uit het verleden kenden om processen inzichtelijk te maken. Daaruit bleek dat Microsoft Visio een veelgebruikte tool is. Maar dit sloot absoluut niet aan bij wat Liems voor ogen stond. “Wat ik zocht was een platform waarmee we de link leggen tussen onze missie, visie, strategie en onze processen. Want dan kunnen we bij een strategiewijziging direct identificeren wat we moeten veranderen in de processen om de nieuwe strategische doelen te bereiken. Ook wil ik snel kunnen identificeren welke impact een nieuwe wet of andere wijziging in de externe omgeving heeft op onze werkgebieden. En ik wil dat we snel nieuwe processen kunnen ontwikkelen die aansluiten bij die veranderingen.” Dat betekent dat ook meteen helder moet zijn door welke ICT-applicaties die processen worden ondersteund, zodat je weet welke systemen aangepast dienen te worden. Ook is het dan handig om te weten wie van zo’n wijziging impact gaan ondervinden; kortom, inzicht in rollen en verantwoordelijkheden is hierbij een vereiste. “Want alleen als je zo’n breed inzicht creëert, kun je snel acteren als je ziet dat er een verandering op je af komt”, meent Liems. Haar onderzoek leverde het inzicht op dat er intern nog weinig was gebeurd op het gebied van procesmanagement. Ook kon ze niet de kunst afkijken bij een andere omgevingsdienst, wat logisch is omdat alle omgevingsdiensten jonge organisaties zijn die zich nog volop ontwikkelen. “Procesmanagement wordt over het algemeen vooral toegepast door volwassen organisaties terwijl omgevingsdiensten nog volop in hun groei naar volwassenheid zitten. Ik moest daarom zelf het wiel uitvinden”, zegt ze.  Pakketselectie Ze vond op een website die helder beschrijft hoe je een ICT-project aanpakt en ging om tafel met de informatie-adviseur van ODR, die immers brede ervaring heeft met ICT-projecten. De eerste stap was het formuleren van de eisen en wensen aan de tool die ODR moest gaan ondersteunen. De tweede stap was op zoek gaan naar die spelers actief zijn op dit gebied. Op basis van het programma van eisen kon ze al snel een eerste schifting maken en kwam ze tot een shortlist. Liems: “Toen kon ik ook pas een inschatting maken van het benodigde budget, want tot dat moment hadden we geen idee hoeveel een procesmanagementtool zou gaan kosten.” Stap drie was een demo door de gekozen leveranciers. Eén daarvan was Mavim. “Dat is zeker niet de allergoedkoopste tool, maar wel de meest brede en toekomstgerichte. Want nogmaals, het modelleren van processen is voor ons geen doel op zich, maar een middel om de organisatie beter te besturen. Bij die visie sloot Mavim het best aan.” In 2018 werd de beslissing genomen om Mavim als cloudapplicatie te gaan implementeren. Omdat Liems graag wilde zien hoe andere organisaties het systeem hebben ingericht, organiseerde Mavim een bezoek aan Gemeente Waddinxveen. “Daar heb ik kunnen zien hoe de tool eruitziet als hij in gebruik is. Ook heb ik inzicht gekregen in wat het hen oplevert en hoe zij het beheer hebben georganiseerd”, vertelt ze. “De wens was er al om het beheer decentraal te beleggen. Organiseer je dat centraal, dan loop je het risico dat Mavim enkel een applicatie is die wordt gevuld, terwijl het doel is om de informatie te gaan gebruiken. Je hebt niets aan ‘dode’ processen waar niemand meer naar kijkt. Het moet ons juist helpen bij procesverbetering en procesinnovatie.” Projectaanpak In fase 2 wees ODR per afdeling een procesbeheerder aan die een ambassadeursrol kreeg toebedeeld. Het lukte om op een aantal afdelingen een ambassadeur te vinden die tegelijkertijd superuser is van het zaaksysteem. Liems: “Dat is belangrijk, want deze mensen hebben zowel proceskennis als ICT-affiniteit.” Om hen beter voor te bereiden op hun rol, volgden de procesbeheerders de tweedaagse training ‘Blik op Processen’ van De Blauwe Fabriek. “We wilden voorkomen dat de procesbeheerders een soort applicatiebeheerders zouden worden. Want nogmaals, het vullen en up-to-date houden van de informatie in Mavim is een middel, geen doel”, benadrukt Liems nog maar eens.  ODR definieerde vier pilotprocessen om vast te leggen in Mavim. Deze dienden vooral om uit te vogelen hoe je de informatie boven water krijgt: wie nodig je uit voor een brown paper sessie? Hoe zorg je ervoor dat je van de deelnemers aan zo’n sessie de informatie krijgt die je zoekt? Want de ervaring leerde al snel dat als je aan zes personen die actief zijn in eenzelfde proces vraagt hoe het proces eruitziet, je minimaal drie verschillende beschrijvingen krijgt. “De processen zaten immers voor een groot deel in het hoofd van de betrokkenen. Juist daarom is het zo belangrijk om eenduidig vast te leggen hoe we dingen doen”, zegt Liems. Na deze pilot werd duidelijk wat de meest efficiënte werkwijze is: starten met een eerste gezamenlijke sessie voor het ontwikkelen van een conceptproces, waar deelnemers naderhand digitaal feedback op kunnen geven. Deze feedback wordt vervolgens verwerkt in een ‘final draft’ van het proces, die in een slotsessie wordt besproken om het definitief te maken.  Voor Keijman hielp die eerste inrichting bij het verkrijgen van draagvlak. “Tot dat moment bleef het voor de meeste medewerkers toch abstract. Medewerkers zijn vergunningverlener, toezichthouder of jurist. Ze staan er helemaal niet bij stil dat ze in een proces werken en hadden daarom ook geen idee hoe een tool als Mavim hen zou kunnen helpen. Toen we eenmaal die eerste vier processen in Mavim hadden vastgelegd en een demo daarvan gaven, ging het voor hen leven. En ook voor de directie trouwens. Die begrepen na die demo pas echt welke meerwaarde procesmanagement levert. Dat heeft geholpen bij de versnelling van het project.” Groeiscenario Op dit moment zijn alle primaire processen in Mavim vastgelegd en heeft de overdracht plaatsgevonden van het systeem naar de lijn. Een start is gemaakt met de ondersteunende processen. Liems: “Ik wil er nog een PDCA-cyclus omheen gaan leggen, zodat we er een ‘continuous improvement’-vorm aan kunnen geven. Zoals gezegd moet het ons gaan helpen bij procesverbetering. Zo ver zijn we nu nog niet, maar dat komt wel.” Wat ook komt, is de link naar kwaliteitsmanagement. “We willen Mavim ook gebruiken als kwaliteitsmanagementsysteem. We zijn nu aan het bedenken op welke manier we dat gaan vormgeven. Gelukkig krijgen we daarbij goede ondersteuning van Mavim”, zegt ze.  Zoals gezegd is het uiteindelijke doel om de connectie aan te brengen tussen de processen en de missie, visie en strategie. Dat is iets waar ODR nog wat meer tijd voor uittrekt. “Hoe maken we de vertaalslag van strategie naar beleid en naar processen? Welke KPI’s gebruiken we om te meten hoe we ervoor staan? Om dit goed te doen, is het onder meer van belang dat we lopende en ophanden zijnde projecten aan elkaar kunnen relateren. Daar is de eerste aanzet nu wel voor gegeven, maar dat moeten we nog explicieter vastleggen.” Ook (financieel) risicomanagement moet nog worden vormgegeven, vertelt ze. “We willen het (financiële) risico van ontwikkelingen die ons afkomen eerder inzichtelijk maken, zodat we snel kunnen inschatten wat de impact van een ontwikkeling op onze organisatie gaat zijn. Op die manier kunnen we snel beslissingen nemen om het risico zo goed mogelijk te mitigeren.”   Wat levert het op? Op lange termijn zijn er dus nog doelen te over. Op korte termijn is het grootste voordeel dat medewerkers nu voor het eerst volledig inzichtelijk hebben hoe de radartjes binnen ODR met elkaar samenwerken en hoe hun rol zich verhoudt tot de rest van de organisatie. Dit is een eerste stap naar een digitale tweeling van de organisatie. Liems: “Je ziet in één oogopslag wie er voor jou en achter jou in het proces zitten, hoe jouw proces relateert aan andere processen et cetera. Dat helpt straks enorm bij het inwerken van nieuwe medewerkers en bij het overzien van de consequenties van het doorvoeren van een verandering.”  Liems denkt dat het een enorme stimulans is voor procesgericht denken. “Als je betrokken bent bij vergunningverlening of handhaving dan is de verleiding groot om alleen maar te denken in termen van ‘productie draaien’. Maar uiteindelijk gaat het natuurlijk om het behalen van de organisatiedoelstellingen. Mavim helpt vergunningverleners en handhavers bij het stellen van prioriteiten en samenwerken met collega’s voor en na hen in het proces.” Een andere plus is dat je door het inzicht sneller kan zien hoe efficiënt je aan het werk bent.  Tot slot kan Mavim de ODR helpen bij de digitale transformatie. Liems: “Je ziet hoe processen, data en applicaties zich tot elkaar verhouden en je weet daardoor aan welke knoppen je kunt draaien om het allemaal nog efficiënter en effectiever te maken.” Focus op je doel Als Liems en Keijman een advies mogen geven aan andere organisaties die met procesmanagement aan de slag gaan, dan is het: verkoop dit intern niet als procesmanagement, want veel mensen zijn allergisch voor het woord processen. Het is bovendien te abstract. Maak het daarom zo snel mogelijk concreet door een demo. Dan kunnen mensen er zich iets bij voorstellen. Liems: “Focus op het doel dat je hebt, bijvoorbeeld ‘je organisatie wendbaarder maken’, ‘strategiewijzigingen doelgerichter doorvoeren’ of ‘hergebruik van ICT-applicaties stimuleren door inzichtelijk te maken welke applicaties je voor welke taken gebruikt’ of ‘inzicht en overzicht krijgen in de rol van medewerkers in het grote geheel’. Voor de meeste mensen is het namelijk niet evident dat dit de uiteindelijke doelen zijn van procesmanagement. Ik maak zelf graag de vergelijking met een auto: het hebben van een auto is voor de meeste mensen geen doel, maar een middel dat hen flexibel maakt om te gaan en staan waar ze willen. Zo is het ook met Mavim: het vullen van de applicatie is een middel om je organisatie flexibel te maken en iedere kant op te sturen die je wilt. Je kunt de applicatie gebruiken als een soort navigatiesysteem dat je vertelt waar je bent en waarin je kunt ingeven waar je naartoe wilt. Mavim helpt je dan bij het bepalen van je route en laat je aan de hand van KPI’s zien hoe ver je bent.”  Keijman concludeert dan ook: “We kunnen ons vandaag de dag nauwelijks meer voorstellen dat we vroeger met een kaart of stratenboek op schoot de weg moesten zoeken. Je verdwaalde gemakkelijk en het was gevaarlijk omdat je niet tegelijkertijd op de kaart en op de weg kunt letten. Toch is dat nog wel hoe de meeste organisaties nog altijd worden aangestuurd. Wij zijn nog lang niet op het punt waar we willen zijn, maar ik ben blij dat wij de stap hebben gezet om processen te uniformeren en optimaliseren, zodat iedereen handiger, effectiever en slimmer werkt.”   Auteur: Mirjam Hulsebos   > Lees hier meer over het Omgevingswetframework > Lees hier meer over de training 'Blik op processen' van De Blauwe Fabriek  
Procesmanagement helpt bij digitale transformaties
Inhoud VOORUIT, MARS! MAAR WAAR GAAN WE HEEN?   De versnelde doorvoering van digitale transformatie door de pandemie stelt nieuwe eisen aan organisaties. Strategisch executiemanagement kan helpen om die nieuwe doelen ook echt te realiseren. En daarbij is volgens Neiza Franciska process mining het middel om precies uit te zoeken wat er nog voor nodig is om deze doelen te bereiken. De COVID-19-uitbraak en de economische maatregelen en de crisis die daarna kwamen, daagden bestuurders wereldwijd uit; van enterpriseorganisatie tot aan de bakker op de hoek. Elke organisatie heeft (strategische) doelstellingen waarvoor ze een strategie bepaalt en overgaat tot uitvoering. Bewust of onbewust is men op organisatieniveau danwel op persoonlijk niveau bezig met strategisch executiemanagement. Die persoon die met een geweldig idee kwam, heeft nu een organisatie te sturen, klanten tevreden te houden en moet zichzelf blijven vernieuwen. Digitale transformatie; daar waar het voorheen ‘ergens’ op de agenda stond, staat het nu bovenaan. Hoe blijven we overeind door nog steeds producten en diensten aan te bieden in de onzekere tijden van vandaag? Hoe bepalen we onze strategie? De harde realiteit is dat er geen pasklaar antwoord is op vragen als: • Welke veranderingen zijn noodzakelijk om wendbaar te zijn? • Wat voor impact heeft de nieuwe wetgeving op de dagelijkse operatie? • Welke veranderingen moeten worden doorgevoerd om de huidige processen te verbeteren? • Hoe kan de klanttevredenheid van een 5 naar een 9? • Waar kunnen besparingen worden gerealiseerd in de dagelijkse operatie? Bij het beantwoorden van deze vragen spelen wendbaarheid, procesverbetering, klanttevredenheid et cetera een belangrijke rol. Dit zijn thema’s waarbij strategisch executiemanagement en process mining een rol kunnen spelen in het beantwoorden van de hierboven vermelde vragen. Deze thema’s komen om de hoek kijken wanneer men de ingeslagen strategie wenst uit te voeren en daar uitdagingen in ervaart. Strategisch executiemanagement is een handvat om gestelde doelstellingen te realiseren, waarbij process mining als middel kan worden ingezet door onder andere uit te zoeken wat er nog voor nodig is om deze te bereiken. Meten is immers weten. Gartner: SEM is een must Wil men klanten digitaal kunnen bedienen, dan is volgens Gartner strategisch executiemanagement (SEM) een must. Gartner definieert SEM als enterprisesoftware waarmee je portfoliobeheer kunt uitvoeren. Het wordt onder andere gezien als een combinatie van processen en een systeem dat het beheer faciliteert, wat het mogelijk maakt om verbinding te leggen tussen strategische doelstellingen, rollen, producten, diensten en prestaties. Door bestaande processen te minen, kan men tot waardevolle inzichten komen die een bijdrage leveren in het realiseren van de strategische doelstellingen. Men heeft hierdoor inzicht in en overzicht over alle activiteiten en onderdelen die samen het strategische portfolio vormen waarmee je focus kunt aanbrengen om het beoogde resultaat te realiseren (Stang & Handler, 2018). De organisatie dient te functioneren als een geoliede machine die feilloos de nodige handelingen kan herhalen. Vergeet niet dat de klant immers centraal staat. Door de snelheid die digitalisering met zich meebrengt, is het noodzakelijk om snel te kunnen inspelen op de veranderende klantbehoefte. Stang & Handler geven in hun artikel aan dat als men in staat wil zijn om strategische veranderingen door te voeren, het noodzakelijk is dat men effectieve beslissingen kan nemen. Dat moet gecombineerd worden met de nodige vaardigheden, een snel reactievermogen en de mogelijkheid om ongehinderd multidirectionele communicatie te voeren. Sturen en verbeteren met Process Mining Process mining helpt het strategisch management om: • effectieve beslissingen te nemen; • transparante communicatie te voeren in de organisatie en met elkaar; • sneller te acteren op uitdagingen in welke vorm dan ook; • het stuur van de organisatie in eigen handen te houden of weer te nemen. Process mining koppelt de data- en eventlogs uit verschillende informatiesystemen die in een proces worden gebruikt, om ‘realtime’ weer te geven wat er in de organisatie gebeurt. Hoeveel tijd besteedt men bijvoorbeeld aan een bepaalde processtap? Waarom blijft een proces steken op een bepaalde stap? Wat zijn de beste stappen? En hoeveel onzichtbare stappen zitten er in het proces in tegenstelling tot wat er is opgeschreven? Het toont kansen om verdere innovatie-initiatieven en procesverbeteringen te ontplooien. De resultaten van een miningactie kunnen met dashboards worden getoond. Die laten realtime zien hoe een bepaald proces loopt. Hierdoor heeft een directie sturingsinformatie tot haar beschikking. Managementleden kunnen hiermee hun voorgenomen beslissingen simuleren en inzicht krijgen in of het datgene oplevert wat ze voor ogen hebben. Het kan goed worden vergeleken met de navigatie van een auto. Je toetst in waar je naartoe wilt en je gps bepaalt je locatie (waar staan we?). Vervolgens geeft je navigatie de route (hoe komen we daar?) weer en de duur van de reis ernaartoe. Ongeacht wat de resultaten zijn uit een miningactie en welk OEI-gedrag (ongewenst eigen initiatief) zichtbaar wordt, is het belangrijk dat je beseft dat je uiteindelijk de dialoog moet aangaan. De stille medewerker die het anders doet dan het proces voorschrijft maar een tevredenere klant heeft, krijgt zichtbaar de ruimte om zijn ervaring en acties toe te lichten. De resultaten maken geen onderscheid tussen de directeur en de baliemedewerker. Er is dialoog op basis van feiten en niet op beeldvorming. Vier noodzakelijke stappen In een traject waarbij process mining wordt ingezet, neem je in de basis de volgende vier stappen. Process Mining Visualiseren, analyseren en simuleren Ontwerpen en implementeren Plan, do, check, act 1. Process Mining Bij het toepassen van process mining is het van belang dat er sprake is van een timestap (wanneer is de activiteit gestart?), een identificatienummer (waar moet ernaar worden gezocht?) en een activiteit (naar welk onderdeel moet worden gezocht?). Daarnaast is het van belang dat de data op orde zijn. Referentiearchitecturen, oftewel open standaarden, kunnen hierbij als een handig hulpmiddel dienen.  2. Visualiseren, analyseren en simuleren De verkregen data worden gevisualiseerd in de vorm van processen. Vervolgens kan men met de schema’s analyseren en simuleren: wat als er mensen worden toegevoegd en wat als er mensen worden weggehaald? Wat als er stappen worden overgeslagen; wordt het dan sneller en/of beter? Wat als er nieuwe wetgeving wordt toegevoegd? Deze stap biedt niet alleen verbeterinzichten, maar maakt het ook mogelijk om de impact te bepalen. Het resultaat kan bepalend zijn voor de toekomst en de executie van de ingezette strategie voor de organisatie. 3. Ontwerpen en implementeren Zijn de resultaten uit de visualisatie, analyse en simulatiefase positief, dan kan men de verbeteringen ontwerpen in de vorm van processen en vervolgens implementeren in de onderliggende informatiesystemen. Denk hierbij aan een ERP-systeem, want een ERP-systeem is in de basis procesmatig ingericht. 4. Plan, do, check, act Na de invoering van de verbeteringen beginnen we opnieuw door terug te gaan naar de eerste stap: process mining. Deze stap wordt opnieuw uitgevoerd om te kunnen vaststellen of er daadwerkelijk sprake is van een verbetering. Vervolgens worden de volgende stappen uitgevoerd, namelijk visualiseren, analyseren, evalueren en eventueel bijstellen. Op basis hiervan kan worden vastgesteld dat het uitvoeren van de genoemde stappen samen een cirkel van continu verbeteren vormt. Kortom, door process mining toe te passen is men onder andere in staat om: • te zien hoe de operatie ervoor staat in specifieke processen waar men verantwoordelijk voor is; • te simuleren om de impact van te nemen beslissingen zichtbaar te maken alvorens een besluit te nemen; • te zien wat de mogelijke oorzaken zijn van een stijgende of dalende klanttevredenheid. Bron: AG Connect, oktober 2020 Meer lezen over Process Mining? Download hier het gratis e-book Mine, Design & Improve  Bekijk de video Process Conformance Checking with Mavim Bekijk de demovideo How Process Intelligence empowers continuous improvement  
Sneller volwassen met een digitale tweeling
Inhoud Toen Nederland ineens massaal ging thuiswerken, werd voor veel organisaties duidelijk hoeveel gaten er in de informatiehuishouding zaten. Het was zoeken naar die ene collega met het antwoord op die specifieke vraag, naar werkbestanden en naar de juiste eindverantwoordelijke voor een akkoord. Processen bleken ineens minder helder dan aangenomen. Ondanks – of misschien dankzij – vele hordes, zetten overheidsorganisaties in deze periode een grote stap naar digitale volwassenheid. Softwarespecialist Mavim introduceert op het komende iBestuur Congres de navigator voor digitale transformaties: de digitale tweeling. Wouter van den Ham is manager Overheid bij softwarebedrijf Mavim. Hij ervaart dat bij vele overheidsorganisaties het huidige momentum wordt gebruikt om door te pakken naar het uitbouwen van een digitale tweeling van een organisatie (DTO). Het concept van de digitale tweeling bestaat al langer, maar is de laatste jaren op organisatieniveau geïntroduceerd door onderzoeksbureau Gartner. Om uit leggen wat het is en waarom organisaties er baat bij hebben, gebruikt Mavim ter illustratie een autonavigatiesysteem. Wie van A naar B rijdt zonder kaart en een obstakel tegenkomt, weet vaak niet welke alternatieve routes hij kan nemen om toch het doel te bereiken. De informatie is onbekend; dat kost tijd en levert frustratie op. Met een navigatiesysteem met GPS is niet alleen de hele omgeving zichtbaar, maar ook de reistijd, eventuele opstoppingen en de wegen daaromheen. Neemt de chauffeur een andere route, dan zijn de gevolgen direct zichtbaar; de nieuwe route wordt automatisch uitgestippeld en de aankomsttijd aangepast. Een digitale tweeling is een digitale kaart van de hele organisatie: processen, applicaties, architectuur en data, maar ook de onderlinge relaties daartussen en de bijbehorende afdelingen. Met het Mavim-platform kunnen alle gegevens en de onderlinge relaties, onder andere in doorklikbare dashboards en begrijpelijke platen worden gevisualiseerd. “Een organisatie die goed inzicht heeft in haar bedrijfsvoering en de samenhang ziet tussen de uitvoering, de business en haar eigen strategie, kan snel anticiperen op veranderingen en zich met recht een wendbare organisatie noemen”, aldus Van den Ham.   Samenhang Peter de Haas is partner bij KPMG Technology Advisory, adviespartner van Mavim. “Om nog even terug te komen op het fenomeen thuiswerken; in een goed opgezette DTO kan men visualiseren op welke applicaties en applicatiefuncties dit impact heeft. De manier waarop data zichtbaar worden gemaakt, maakt data ook toegankelijker voor een breder publiek. Een plat voorbeeld, maar IT-gerelateerde informatie wordt dan opeens ook begrijpelijk voor niet-IT’ers. Een DTO maakt de relaties tussen gegevens zichtbaar waardoor uiteindelijk mensen meer van elkaar kunnen leren. Dit is een vereiste om de organisatie efficiënter in te richten en afdelingen zo optimaal mogelijk op elkaar te laten afstemmen. En, heel belangrijk, mensen kunnen vragen stellen: wat als ik een proces anders inricht, wat als deze kernapplicatie vervangen moet worden? Het model kan inzicht geven in de gevolgen van het doorvoeren van een verandering en dit visualiseren. Dit bevordert de besluitvorming.”   Onderhoud Een DTO maakt van de digitale transformatie geen afgebakend project, maar een proces dat onderdeel is van de organisatie, legt De Haas uit. “Om nog een keer applicaties te nemen als voorbeeld: informatie over licenties zijn relevant, maar ook het toepassingsgebied en de registratie van storingen. Al die gegevens dragen bij aan een duidelijker beeld van het applicatielandschap.” Een vereiste is natuurlijk wel dat het model echt onderdeel wordt van het digitaliseringsproces en actief onderhouden wordt. Van den Ham vult aan dat een DTO geen product is, maar een visie om de digitale volwassenheid van een organisatie te vergroten.   Process mining De laatste drie jaar heeft Mavim ingezet op ‘process mining’: het koppelen van bestaande datalogs aan gedigitaliseerde processen, bijvoorbeeld uit applicaties van Centric, TOPdesk of ERP-systemen zoals Microsoft Dynamics. “Dat legt de feiten op tafel over hoe een organisatie het werkelijk doet”, zegt Van den Ham. Een grote gemeente bracht vorig jaar haar aanvraagproces van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) in kaart en vulde dat met data van de voorgaande twee jaar. In het Mavim Process Mining Dashboard werd inzichtelijk dat gedurende die periode zo’n 300.000 Wmo-aanvragen waren gedaan – en dat er circa 29.000 verschillende varianten waren van hoe het aanvraagproces was gevolgd. “Er is niet één weg die naar de Wmo leidt”, zegt Van den Ham, “maar dit waren wel heel veel variaties. Processtappen waren overgeslagen, uitzonderingen werden gemaakt en olifantenpaden werden genomen… De variaties kunnen in hele kleine verschillen zitten, maar dan nog. Toen de data met het proces werden vergeleken werd ineens duidelijk dat er een hoop te winnen was in doorlooptijd en kwaliteit.” De grootste uitdaging in het pad naar zo’n analyse is het beschikbaar krijgen van de data en de kennis van data-analyse. De technologie analyseert de data, visualiseert automatisch en dan is het aan de mensen om ernaar te kijken en hoe het proces te verbeteren en door te voeren in de organisatie. Het lijkt logisch om een proces te kiezen waarvan logbestanden beschikbaar zijn. “Klopt”, bevestigt De Haas, “maar kies wel een proces dat nuttig is om te verbeteren en dat past bij de beleidsstrategie.”   Volgende stap Van den Ham adviseert organisaties die met een DTO willen beginnen om te starten bij een kernproces waarvan alles eigenlijk al bekend is. “Dat kan elk intern werkproces zijn. Verzamel alle gegevens: wie voert het proces uit, wie is erbij betrokken, welke risico’s hangen ermee samen, welke wet- en regelgeving raakt het, hoe hangt het proces in de IT- en informatiearchitectuur van de organisatie, wat is de samenhang met het applicatieportfolio en hoe dragen deze processen bij aan de visie en strategie en de doestellingen die zijn geformuleerd als organisatie.” De Haas suggereert als volgende stap de werkprocessen te koppelen aan het IT-landschap om zo relaties te leggen tussen processen en applicaties en inzicht te krijgen.   Vertrouwen Gevraagd naar zijn persoonlijke gedachten over een DTO, antwoordt De Haas: “Ik zit al sinds jaar en dag in een combinatie van advies en uitvoering voor IT- en cloud-gerelateerde trajecten en altijd begonnen we met een nulmeting. Het mobiliseren van kennis in een organisatie kon een doorlooptijd hebben van twee of drie maanden. En aan het eind van het traject was het resultaat suboptimaal omdat we niets blijvends achterlieten. Dat is toch zonde? Met een DTO kan ik veel sneller over de feiten praten.” En hij mag graag aan organisaties laten zien dat technologie minder complex is dan ze denken. “Door de informatie beter vast te leggen en te visualiseren krijgt de organisatie zelf meer inzicht in mogelijke oplossingen.” Van den Ham vertelt dat hij van de generatie is die de eerste mobieltjes op het schoolplein heeft meegemaakt. “Technologie is vanzelfsprekend en moet je voor je laten werken. Het is voor mij niet te vatten dat ik naar het gemeentehuis moet om mijn paspoort aan te vragen, want we hebben toch DigiD? Ik begrijp dat daar een politieke discussie omheen zit, maar ik werk graag aan technologie waarmee we een dwarsdoorsnede kunnen maken van een organisatie. Waarbij we rekening houden met technologie enerzijds en strategie anderzijds met de impact op mensen – ik help organisaties echt wendbaar te worden. De afgelopen drie maanden waren we getuige van de grootste digitale transformatie ooit. We gingen op vrijdag naar huis, ‘s zondag was de persconferentie en op maandag moesten we thuis werken. Hoe vaak hebben wij van niet-klanten gehoord: we hebben geen idee wie wat doet, wanneer, waarmee en waarom. Laat staan of men AVG-conform kon thuiswerken.” De Haas: “Interessant is dat we nu thuiswerken met dezelfde processen als we op kantoor deden. Het is geen makkelijke tijd, maar het is misschien wel de juiste tijd om te kijken of die processen anders kunnen.”     Auteur: Karin Meerman
Uitstel Omgevingswet mag niet te lang duren
Inhoud Onlangs maakte Stientje van Veldhoven (minister voor Milieu en Wonen) bekend dat de invoering van de Omgevingswet uitgesteld wordt naar 1 januari 2022. Uit een rondgang van Platform31 blijkt dat veel partijen begrip hebben voor dat besluit omdat invoering van de wet alleen kan met een goed werkende digitale infrastructuur. Het is echter ook zaak om tempo te houden. Gemeenten en deskundigen waren al enige tijd kritisch. De datum van 1 januari 2021 voor de invoering van de Omgevingswet leek een doel op zich te worden. Overheid en samenleving zouden zich na de jaarwisseling zomaar in een mist vol onvolledigheden en onzekerheden kunnen wanen, zo was de gedachte. Met het uitstel naar 1 januari 2022 van invoering van de nieuwe wet betekent dat overheden meer tijd hebben om zich voor te bereiden op een zorgvuldige invoering. Houd tempo en ga testen Het grote struikelblok bij de invoering van de Omgevingswet is de bijbehorende digitale ondersteuning. Alle gemeentelijke informatiesystemen en processen moeten aangesloten worden op het landelijke systeem en dat heeft de nodige voeten in de aarde. Dat betekent niet dat gemeenten geen vertrouwen hebben in de wet. Integendeel: onder meer vanuit de VNG klinkt het pleidooi om het daadwerkelijke uitstel niet te lang te laten duren. Voorzitters van de ambtelijke themagroep Omgevingswet van het G40-stedennetwerk, Wim Tijssen en Rick Keim, geven aan dat gemeenten door willen. “Met het zicht op de maatschappelijke opgaven in de fysieke leefomgeving is een te lang uitstel niet wenselijk”, aldus Keim. Annette Zebel (Rho Adviseurs) roept gemeenten op om onverminderd door te gaan met de implementatie. “De inhoud van de wet is al voor 99 procent vastgesteld door het parlement en dit verandert niet door het uitstelbericht.”. De extra tijd die overheden krijgen, kan worden benut om te (blijven) oefenen met de nieuwe instrumenten, gewijzigde werkprocessen en digitale ondersteuning. Door meer ervaring op te doen, kan een al te harde en mistige overgang worden voorkomen. Transparante overheid Nu het uitstel is aangekondigd, hebben gemeenten ook tijd voor bezinning. Waar staan we, wat staat ons nog te doen? Zoals Jan Rotmans, hoogleraar transitiekunde, regelmatig benadrukt, staat de Omgevingswet niet op zichzelf, maar drijft die op vele maatschappelijke veranderingen. Toch is de Omgevingswet ook een vehikel om met de samenleving aan grote maatschappelijke opgaven in de fysieke leefomgeving te werken, zoals verduurzaming en de woningbouwopgave. In de woorden van René Klerks en Lisanne Leenaerts, namens de waterschappen betrokken bij het programma ‘Aan de slag met de Omgevingswet’: “Uitstel biedt ons de kans om ons weer eens te bezinnen waar het eigenlijk allemaal om te doen was. Een transparante overheid, snelle besluitvorming, ruimte voor initiatieven: kortom het ‘anders werken’. Welke van onze acties dragen daar nu daadwerkelijk en effectief aan bij?” Als één overheid naar de finish In de Omgevingswet is integraal werken van groot belang. Die integraliteit moet niet alleen binnen, maar ook tussen overheidslagen tot stand komen, met een belangrijke rol voor de rijksoverheid. De G40 en G4 geven dan ook aan sturing en betrokkenheid vanuit de ministeries te verwachten om tempo te houden in het proces. “Samen uit, samen thuis”, aldus Tijssen en Keim. Alle overheden moeten zich volgens hen als één overheid blijven inzetten voor de stelselwijziging. Na overleg met haar bestuurlijke partners, maakt de minister bekend wanneer de Omgevingswet ingevoerd wordt. Uitstel van meer dan een jaar is niet wenselijk, zo stelt onder meer Sarah Ros van de VNG. Volgens haar zal langer uitstel tot vertraging in de gemeentelijke besluitvorming leiden. De nieuwe datum komt op 1 januari 2022 te liggen. Dat biedt softwareleveranciers én decentrale overheden niet alleen de voldoende tijd om de noodzakelijke voorbereidingen te treffen, de datum van invoering van de wet blijft tegelijkertijd in het zicht.    Bron: gebiedsontwikkeling.nu Lees hier hoe het Omgevingswet framework jouw organisatie kan helpen

Copyright © 2024 Mavim B.V.