Overslaan en naar de inhoud gaan

innovatie

Innoveer omdat het moet
Inhoud Veel grote bedrijven willen wel vernieuwen, maar kunnen het vaak niet. CEO’s zien regelmatig nieuwe marktkansen, maar hebben tegelijkertijd angst deze te omarmen of komen andere struikelblokken tegen. Desondanks is innovatie onontbeerlijk. Begin ermee voor het te laat is, is het devies van Gartner-analist Stephen Prentice.   Met name bij succesvolle en grotere organisaties wordt innovatie gezien als een bedreiging van door de aandeelhouders en bestuurders zo gewenste stabiliteit en winstgevendheid, stelt Prentice, die een van de keynote-sprekers zal zijn op het Jaarcongres Innovatie en Transformatie dat op 17 september wordt gehouden in Fort Voordorp. (www.innovatietransformatie.nl/). Kleine organisaties kunnen niet anders dan innovatief zijn, omdat ze veelal nog een bescheiden marktpositie hebben en zich zullen moeten onderscheiden om te kunnen overleven of een doorbraak in de markt te realiseren.   Democratisering Door de democratisering van IT zijn nieuwe technologische ontwikkelingen bijna even toegankelijk voor kleine startende ondernemingen als voor grote concerns. Die trend dwingt bestuurders en IT-verantwoordelijken van grote, succesvolle firma’s om ook een innovatieve modus aan te nemen. Internet en cloud maken het voor kleine organisaties immers mogelijk om te acteren en opereren als waren het grote jongens. Gevestigde bedrijven hebben daarmee ineens een totaal nieuwe categorie concurrenten.   En het tempo van verandering zit er flink in, aldus Prentice. “Als je teruggaat naar het jaar 1960 hadden de organisaties met een beursnotering aan de S&P een levensduur van 75 jaar. Tegenwoordig zijn dit soort organisaties minder dan tien jaar oud. Dergelijke marktcijfers tonen als geen ander aan dat verandering bittere noodzaak is om te kunnen overleven.”   Negeer je deze realiteit, dan wacht het gevreesde Nokia-scenario van een ‘burning platform’ waarbij innovatie nog slechts geldt als laatste redmiddel. Zover wil geen enkele CEO of CIO het laten komen. Hoe vlieg je innovatie aan? Het is niet een kwestie van het veranderen, het is een kwestie van beginnen, meent Prentice. “Hoe je dat doet, verschilt van organisatie tot organisatie. Sommige concerns hebben een grote, interne onderzoeks- en ontwikkelafdeling. Andere organisaties schurken tegen een ecosysteem van starters aan en vernieuwen door succesvolle bedrijven op te kopen als zij op het punt van een doorbraak in de markt staan.   Welke vorm je ook kiest, je realiseert alleen waardevolle innovatie als je dit onderdeel weghoudt van de reguliere processen en van de bedrijfspolitiek. En je moet als organisatie en manager bereid zijn om mislukkingen toe te geven. Mark Field, de CEO van Ford, is een voorbeeld van een bestuurder die de nederigheid kon opbrengen om uitgebreid en openlijk te spreken over zijn fouten.”   Rol van de CIO Wat voor rol ziet Prentice weggelegd voor IT-managers? “Juist deze managers hebben de nodige uitdagingen om innovatie door te kunnen voeren”, zegt Prentice. “Zij moeten zoveel aandacht geven aan de dagelijkse operatie dat er geen ruimte meer is voor innovatie.   Sommige organisaties kunnen dit door hun omvang ondervangen door het operationeel beheer van ICT bij een aparte manager operations onder te brengen. De CIO heeft hierdoor veel meer ruimte voor innovatie. Andere CIO’s werken in een kleinere setting en zullen er zelf voor moeten zorgen dat zij aan innovatie toekomen. Een eerste vereiste is dan dat de dagelijkse gang van zaken vlekkeloos verloopt. Alleen dan kun je met een stip op de horizon waardevolle langetermijnvernieuwing aanboren.”Auteur: Sytse van der SchaafHoe wordt er binnen uw organisatie ruimte gecreëerd voor innovatie? Aan welke middelen en uitdagingen om te komen tot meer innovatie ontbreekt het IT-managers volgens u?   
Trend zet door: minder investeringen in technologische innovatie
Inhoud Nederlandse bedrijven realiseren meer innovaties, maar de daling van investeringen in technologische innovatie zet zich voort. Dat is de belangrijkste bevinding van onderzoek door onderzoeksinstituut INSCOPE van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Terwijl het innovatievermogen van Nederlandse bedrijven is gestegen, zijn de investeringen in r&d en in ict dit jaar opnieuw gedaald. Deze ogenschijnlijk tegenstrijdige resultaten werden vorige week bekendgemaakt door Prof. Dr. Henk Volberda, die de leiding heeft over het onderzoek dat jaarlijks wordt gepubliceerd in de de Concurrentie en Innovatie Monitor van INSCOPE.   Innovatievermogen gestegen De hoeveelheid product- en dienstinnovaties van Nederlandse bedrijven is het afgelopen jaar gestegen. De hoeveelheid totaal nieuwe producten en diensten ('radicale innovatie') die Nederlandse bedrijven hebben geïntroduceerd is gestegen met 3,5% over het afgelopen jaar. De hoeveelheid verbeterde producten en diensten ('incrementele innovatie') is in dezelfde periode toegenomen met 5,2%. Door een aantrekkende economie en een toenemend consumentenvertrouwen durven bedrijven weer meer product- en dienstinnovaties te introduceren, aldus Volberda, die aangeeft dat de stijging in de realisatie van product- en dienstinnovaties vooral verklaard kan worden "doordat de meeste bedrijven managementlagen hebben geschrapt, minder hiërarchisch georganiseerd zijn, en vaak samenwerken met externe partners om hun innovatiesnelheid te verhogen". Deze 8% toename in aandacht voor de zachte kant van innovatie (sociale innovatie) heeft er toe geleid dat investeringen in Onderzoek & Ontwikkeling in Nederland beter renderen en vaker leiden tot de introductie van nieuwe producten en diensten.   Minder investeringen r&d en ict De hoeveelheid geld die Nederlandse bedrijven gemiddeld in r&d steken is het afgelopen jaar met 1,9% gedaald naar gemiddeld 2,4% van de omzet. Bij ict is er een daling te zien van 1% naar 2,2% van de omzet. Deze dalende trend in investeringen in technologische innovatie is al gaande sinds 2009. Volgens Volberda kan deze trend bedreigend zijn voor het innovatie- en concurrentievermogen van het Nederlandse bedrijfsleven. “Het duurt minstens 5 à 10 jaar voordat een investering in een nieuwe technologie leidt tot een commercieel succesvol product of dienst. Het lage niveau van investeringen in technologische innovatie door Nederlandse bedrijven voorspelt een laag innovatieniveau in de toekomst."   Disruptieve innovatie Voor ontwrichting is meer nodig dan alleen technologische innovatie. Topsectoren richten zich te eenzijdig op technologische vernieuwing, aldus het onderzoek. INSCOPE heeft onderzocht welke eigenschappen van bedrijven kunnen leiden tot de introductie van disruptieve innovaties. De dominante opvatting is dat investeringen in nieuwe technologieën zoals het IoT, big data, 3D printing en robotisering de belangrijkste voorwaarde is voor disruptieve innovatie. De onderzoeksresultaten laten daarentegen zien dat technologische innovatie relatief gezien voor 40% bijdraagt aan de realisatie van disruptieve innovaties. Innovatieve manieren van managen, organiseren, werken en samenwerken, dat wil zeggen sociale innovatie, dragen voor 60% bij aan de realisatie van disruptieve innovaties. Volberda zegt hierover: "Bedrijven die gekenmerkt worden door visionair leiderschap, continu op zoek zijn naar nieuwe businessmodellen en samenwerken met klanten, leveranciers en kennisinstellingen, realiseren tot gemiddeld 45% meer disruptieve innovaties. De topsectoren zouden hier lessen uit moeten leren en zich niet eenzijdig moeten richten op technologische vernieuwing.”   High tech en startups Vooral bedrijven in de high tech-sector zijn met gemiddeld 18,7% meer actief met disruptieve innovatie ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Bedrijven in de sectoren energie, logistiek, en financiële dienstverlening/verzekering zijn relatief weinig actief met disruptieve innovaties. Volgens Volberda vergroten de hoge mate van ontwikkelingen in de high tech-sector de mogelijkheden en de noodzaak om disruptieve innovaties te realiseren om zo een relevante marktspeler te blijven. Daarnaast komen disruptieve innovaties vooral voor bij startups (gemiddeld 11% boven het landelijk gemiddelde) en juist minder naarmate organisaties ouder worden. Dit laat zien dat startups meer geneigd zijn om disruptieve innovaties te realiseren waardoor ze voor grote bedrijven een interessante optie zijn om hun innovatiesnelheid te verhogen, aldus Volberda.   Werkvloer Het in beschouwing nemen van de behoeften, gevoelens, en opvattingen van medewerkers door het management is van relatief groot belang om radicale product- en dienstinnovaties te realiseren. Van de vier afzonderlijk bekeken stakeholders – aandeelhouders, concurrenten, medewerkers, klanten – draagt een focus op medewerkers met 44% bijna de helft bij aan radicale innovaties. Aandacht voor medewerkers over wat er leeft binnen de organisatie is van belang om barrières voor radicale innovatie weg te nemen, aldus Volberda. “Medewerkers staan veel dichter bij de klant of leverancier en hebben daarom vaak goede ideeën die onvoldoende worden benut."   Beursbedrijven innoveren minder radicaal Bedrijven die aan de beurs zijn genoteerd, realiseren in vergelijking met andere organisaties gemiddeld 3,5% minder radicale innovaties. Uit het onderzoek komt ook naar voren dat deze organisaties gemiddeld 6% minder vernieuwend leiderschap vertonen en minder actief zijn (tussen de -4,2% en -6,8%) met maatschappelijk verantwoord ondernemen. Ook zijn deze organisaties gemiddeld 9,7% meer gericht op concurrenten, 4,7% minder gericht op klanten, en 3,5% minder gericht op hun medewerkers. "Beursgenoteerde bedrijven zijn over het algemeen meer gericht op kortetermijnprestaties”, zegt Volberda. “Dit vermindert de relatieve focus op investeringen en activiteiten die gericht zijn op de langere termijn, zoals radicale innovaties.   MVO Terwijl maatschappelijk verantwoord ondernemen tot meer product- en diensteninnovaties leidt én tot meer disruptieve innovaties, vraagt het vooral om innovatieve manieren van managen en organiseren (sociale innovatie). Bedrijven die de intentie hebben om maatschappelijk verantwoord te ondernemen en die zich daarnaar gedragen realiseren respectievelijk tussen de 22,5% en 29,8% meer radicale innovaties dan bedrijven die nauwelijks deze intentie hebben, noch die er zich naar gedragen. Bij disruptieve innovatie is dit verschil achtereenvolgens 22,3% en 23,4%. Bij incrementele innovatie betreft dit verschil respectievelijk 20,2% en 15,9%. De bedrijven die maatschappelijk verantwoord ondernemen zitten vooral in de life sciences & health sector en in de bouwnijverheid/vastgoed. Sociale innovatie draagt relatief gezien 77% bij aan maatschappelijk verantwoord ondernemen. Technologische innovatie draagt 23% hier aan bij. Henk Volberda: "Vernieuwend leiderschap draagt bij aan maatschappelijk verantwoord ondernemen door medewerkers meer bewust te maken van de maatschappelijke bijdrage van het bedrijf, en hen te motiveren en ruimte te geven voor initiatieven. Door samen te werken met klanten, leveranciers en externe stakeholders (co-creatie) krijgen organisaties meer kennis en begrip over hoe maatschappelijk verantwoord ondernemen ingevuld of aangepast kan worden."   Eindhoven Een laatste belangrijke uitkomst van het onderzoek is dat disruptieve innovaties bovengemiddeld vaak worden gerealiseerd in de regio Midden-/Oost-Brabant en in de regio Drenthe/Achterhoek/Twente. Deze twee regio's scoren respectievelijk 9,8% en 7,3% hoger op disruptieve innovatie ten opzichte van het landelijk gemiddelde. De regio Midden-/Oost-Brabant (regio Eindhoven) scoort bovengemiddeld hoog op verschillende andere typen innovatie; radicale innovatie (+9,9%), incrementele innovatie (+5,6%), en sociale innovatie (+3,1%). Volberda geeft aan dat "de samenwerking in de regio Eindhoven zich uitbetaalt in een hogere mate van sociale innovatie, en product- en dienstinnovaties."Bron: IT Executive
Tekort aan ICT'ers remt innovatie
Inhoud Een gebrek aan ict-personeel remt de innovatie van ict-bedrijven en organisaties in andere sectoren en belemmert zo de groei van de Nederlandse economie. Dat blijkt uit de innovatiebarometer van branche-organisatie Nederland ICT dat is uitgevoerd in samenwerking met ict-bedrijf Subtraces. Het merendeel van de 450 bij de branchevereniging aangesloten bedrijven heeft moeite om in Nederland tegen betaalbare kosten gekwalificeerd personeel te vinden.  Door het tekort aan geschikt personeel loopt de introductie van nieuwe producten en diensten volgens de betrokken organisaties vertraging op. 'Daar lijdt niet alleen de ict-sector onder, maar hebben bedrijven in vrijwel alle sectoren last van', stellen de onderzoekers.  Ze stellen dat software de drijvende kracht vormt achter innovatie. 'Denk bijvoorbeeld aan het belang van software in topsectoren als de zware industrie, life sciences en financiële dienstverlening.' De onderzoekers: 'Om alle digitale veranderingen bij te benen, worden schaarse talenten ingezet op innovatietrajecten. Ook streven bedrijven ernaar om de productiviteit van hun medewerkers verder te verhogen. Daarnaast wordt steeds meer werk uitbesteed aan partijen binnen en buiten Europa.' Volgens de branchevereniging en de ict-specialist is dat geen ideale oplossing. Ze stellen: 'Scrummen - de meest gebruikte manier van software-ontwikkeling - is lastig met mensen in het buitenland. Daarnaast werken steeds meer bedrijven met een flexibele schil van zzp'ers.'    Subsidies Behalve de zoektocht naar talent noemt een derde van de ondervraagde bedrijven het verkrijgen van innovatiesubsidie als de grootste uitdaging bij de financiering van innovatietrajecten.  'Aangezien ict-bedrijven steeds meer gebruik maken van innovatieve platformen en cloudservices, komen zij binnen de huidige regelgeving niet altijd meer in aanmerking voor subsidies. Hier zie je dat regelgeving steeds meer achterloopt op nieuwe technologie. Daardoor dreigen alleen bedrijven die leunen op 'ouderwetse' technologie-ontwikkeling in aanmerking te komen voor subsidies. Voor de it-sector is het in ieder geval aanzienlijker moeilijker geworden om subsidieaanvragen goedgekeurd te krijgen', stelt Sander Wolfensberger van Subtraces. Volgens Wolfenbsberger meldt bijna 60 procent van de bedrijven dat de administratieve verplichtingen hoger zijn. Bedrijven geven aan vooral moeite te hebben met de verslaglegging van alle verschillende gebruikers, sprints, en issue-trackers in de administratie.   Innovatiebarometer De Innovatiebarometer is een jaarlijkse onderzoek van brancheorganisatie Nederland ICT en innovatie-adviesbureau Subtracers naar de manier waarop it-bedrijven software-innovatie organiseren en financieren. Dit jaar werden 450 bedrijven ondervraagd voor het onderzoek. Deze bedrijven werken aan business applicaties voor onder meer cloud hosting, banner exchanges, crm-diensten en big data visualisaties. Andere partijen richten zich op trends in de consumentenmarkt, zoals virtual reality, location based services en ip-profiling. Ten slotte zijn er ook bedrijven die software en firmware ontwikkelen voor het aansturen van apparatuur. Zoals het ‘smart’ maken van systemen en apparaten (IoT: internet of things) en 3D-printing. Bron: Computable Lees hier meer over het Mavim Business & IT Transformatie Platform, dat organisaties in staat stelt innovatie-initiatieven te visualiseren, af te stemmen en te prioriteren met hun strategische bedrijfsvisie.  
Blockchain: van cryptomunt tot toepassing voor ISO-certificatie
Inhoud Blockchain is een ‘trending topic’ geworden op het gebied van innovatie. Blockchain – ook wel ‘distributed ledger technology’ genoemd – is een decentrale database en biedt mogelijkheden om op efficiëntere wijze om te gaan met identificatie, toestemming voor uitwisseling van gegevens en het uitvoeren van transacties. Misbruik is moeilijk. Iedere transactie wordt door meerdere computers gecontroleerd. Blockchain staat nog in de kinderschoenen maar de verwachtingen zijn hoog. Financiële instellingen, auditors, ziekenhuizen en gemeenten draaien er pilots mee. Betalingsverkeer via banken dat sneller en goedkoper wordt; logistieke processen van goederen en grondstoffen die makkelijker met elkaar te verknopen zijn; een efficiëntere infrastructuur voor het verstrekken van medicatie bij chronische gezondheidsproblemen. Het zijn enkele voorbeelden van een opwaartse slag in gegevensuitwisseling bij transacties, klantgerichtheid en kostenbesparing, die volgens experts het resultaat zijn van het gebruik van blockchain. Met de term blockchain (of ‘blokketen’) wordt over het algemeen verwezen naar de internettechnologie waarop bitcoin is gebaseerd, de digitale cryptomunt waarmee zonder de tussenkomst van een bank rechtstreekse transacties mogelijk zijn.   Blockchain is decentraal en open Veel diensten en software die we gebruiken, steunen op databases die functioneren als grootboeken. Als een transactie plaatsvindt tussen twee organisaties, werken beide partijen hun administratie bij, zoals banken en andere financiële instellingen doen. Zij beheren betaalrekeningen, spaargelden, aandelen en hypotheken van hun klanten en houden transacties bij. Maar ook kadastergegevens- en medische dossiers worden beheerd in databases. Voor het inzien ervan is toestemming van de beheerders vereist. Die moeten we voldoende kunnen vertrouwen in het databeheer en bewerking van data weigeren of toestaan. De blockchain is cruciaal anders, omdat niet een instantie of centrale autoriteit eigenaar is. Blockchain is decentraal en open, een peer-to-peer gedistribueerd grootboek van alle transacties van de deelnemers in een netwerk. Op lijsten worden alle gegevens en mutaties van de deelnemers onder elkaar bijgehouden. De cryptografische software zorgt door het combineren van alle rekenkracht in het netwerk voor de controle van toevoegingen van mutaties en/of het weigeren ervan. Iedereen die deelneemt heeft dus een kopie van het grootboek op zijn computer staan. Contracten of transacties kunnen vastgelegd worden in een openbaar grootboek, terwijl de individuele gebruikers anoniem blijven. Toezichthouders kunnen wel de activiteiten op de markt volgen, maar niet zien wie bepaalde transacties heeft gedaan.   Exponentiële technologie Wanneer een transactie plaatsvindt, controleren alle computers die transactie, waardoor het vrijwel onmogelijk is om fouten te maken of te frauderen. De verificatie van de transacties is dus in het netwerk geregeld via een procede van consensus. Pas wanneer meer dan de helft van de databases een transactie goedkeurt, wordt deze geaccepteerd en toegevoegd. Transacties kunnen ook niet verwijderd worden. ‘Blockchain’, zegt Willem Peter de Ridder, futuroloog en directeur van Futures Studies, ‘is een typisch voorbeeld van een exponentiële technologie, maar nog geen gelopen race. Grootschalige toepassingen van blockchain ontbreken nog, terwijl de bitcoin en andere cryptomunten overhyped zijn. Het nut voor gebruikers van de munt is gering.’ Bitcoin is ook de ‘reservemunt’ van het dark web, het betaalmiddel in virtuele, criminele werelden om winsten wit te wassen. Meer dan 40 procent van de online transacties tussen criminelen loopt via bitcoin, aldus een rapportage over cybercrime uit 2015 van politieorganisatie Europol. De Ridder: ‘Door het hacken van blockchains waarin zich de handel in bitcoins afspeelt, is geld in verkeerde zakken terechtgekomen. Die ratrace tussen beveiligen en aanvallen zal er ook altijd wel blijven.’   Permissioned blockchains Interessanter op dit moment is volgens De Ridder de verschuiving van de openbare blockchains, met onder meer de handel in bitcoins, naar de zogenoemde private of permissioned blockchains, waarin bedrijven en consortia samenwerken. ‘Alleen speciaal daartoe aangewezen computers, ofwel gevalideerde partijen mogen in deze permissoned blockchains meedoen. Bedrijven willen zelf regie en controle blijven houden over hun data. De reden is niet alleen de beveiliging, maar ook willen voldoen aan wet- en regelgeving. Het doel van het werken met blockchain is uiteraard het structureren van informatie en het verwerken van transacties. Want dat kan met blockchain sneller en goedkoper dan met gecentraliseerde transactiesystemen. Door middel van smart contracts, waarmee je eigendom kunt registreren en verhandelen, zijn blockchaintransacties nog verder te automatiseren. Doordat alleen gevalideerde partijen mogen meedoen, houd je in feite ook de trusted third party, ofwel de vertrouwde tussenpersoon in stand. Deze partij is de autoriteit die gaat over de broncode, die de cryptografische sleutel verstrekt. En dan zijn er ook nog blockchainplatforms, zoals Ethereum. Die biedt de technologie aan als service en waarmee je je eigen applicaties kunt maken.’   In de kinderschoenen Ook volgens Jeroen Bultens, consultant blockchain bij accountant Deloitte in Amsterdam, staan we aan de vooravond van vele interessante toepassingen van de blockchain-technologie. ‘Hoewel blockchain nog een hype-ding is en in de kinderschoenen staat, heeft het de potentie in het zakenverkeer enorm groot te worden. Dat leid ik af uit de hoeveelheid initiatieven die nu lopen bij banken, verzekeraars, accountants- en andere controlerende instellingen en overheden. Of neem de muziekindustrie, bekend om zijn weinig transparante structuur van afrekenen. De Nederlandse dj Hardwell legt als eerste dj zijn rechten en betalingsstromen vast in een blockchain waardoor hij de streaming-inkomsten van zijn nummers meteen ontvangt. Een betere bescherming dus van intellectueel eigendom.’   Private key De component ‘private key’ van de blockchain is vergelijkbaar met de relatie tussen pinpas en pincode. Bultens: ‘Met de private key, die je wel beveiligen moet, zet je je handtekening onder een online transactie. Iedereen kan dan verifiëren dat jij de eigenaar van die gelden bent. Weliswaar is blockchain open source intelligence, maar je kunt er niet alles uit afleiden. Je kunt bijvoorbeeld wel tegen de Belastingdienst zeggen: dit is onze jaarrekening die is vastgelegd in blockchain en dat is de garantie dat het ook integer is. Bedrijven kunnen ook de transacties die via internetbankieren lopen vastleggen in blockchain, als een vorm van dubbelcheck.’   Testprojecten Nederlandse banken hebben in 2016 de eerste stappen met blockchain gezet met Proofs of Concepts (PoC’s), met testprojecten, waarbij wordt samengewerkt met buitenlandse banken en in regionale en wereldwijde consortia. Om papierwerk en verwerkingskosten voor transacties terug te dringen, werken banken steeds meer met smart contracts om de uitvoering van een transactie automatisch te faciliteren en uit te voeren. Het voordeel: betalingen zonder vertraging en tegen zeer lage transactiekosten. Het internationale samenwerkingsverband R3, met onder meer ING, De Nederlandsche Bank, fintechbedrijven en European Banking Forum, doet onderzoek naar een standaard voor de toepassing van blockchaintechnologie in het financiële verkeer.   Lading olie ING werkte 27 pilots uit op het gebied van onder meer betalingen, handelsfinanciering, oplossingen voor werkkapitaal en identiteitsmanagement. Ook werd blockchain ingezet bij het testen van ‘live’ oliehandel. Hierbij werd de duur van een transactie voor een lading ruwe olie van Afrika naar China teruggebracht van 3 uur naar slechts 25 minuten, een historische doorbraak in de digitale handel van olie. De key performance indicators (KPI’s) voor het valideren van de resultaten van de blockchainspilots bij ING lieten 10 tot 15 procent potentiële kostenbesparingen voor handelsfinanciering zien en omzetverhoging van eveneens 15 procent ten opzichte van de bestaande papieren processen. ABN AMRO lanceerde een pilot om te ontdekken hoe partijen met blockchain informatie over vastgoedtransacties kunnen uitwisselen. Ook is gekeken naar hoe blockchain zorgt voor betere financiële audits en meer compliance bij financiële reddingsoperaties en herstructurering van bedrijven. De bank werkte samen met de TU Delft, het Havenbedrijf Rotterdam en veertien andere partijen om kansen van blockchain in beeld te brengen bij ketenfinanciering, voorraadfinanciering in de logistiek en in de circulaire economie. Banken richten zich nu op toepassingen van blockchaintechnologie die rijp zijn voor commerciële opschaling. Na een groeifase tussen 2018 en 2024 zou de technologie volgens experts in 2025 mainstream moeten zijn.   Digitale herhaalmedicatie Deloitte ontwikkelt voor haar klanten oplossingen in de vorm van cryptografisch sleutelbeheer. Bultens: ‘Neem de verhuur van vastgoed, dat met veel contractuele handelingen gemoeid gaat. Wij werken sinds kort samen met het Rotterdam Cambridge Innovation Center, dat kantoorruimte verhuurt aan start-ups en vele mutaties in verhuurders heeft. Iedere keer een fysiek contract opstellen kost tijd en geld. Door de switch naar blockchain hoeven nieuwe huurders alleen nog een digitale handtekening te zetten onder een huurcontract dat juridisch bindend is, waarna ze een usb-stick met hun cryptosleutel meekrijgen.’ Met dit project wordt invulling gegeven aan het ontwikkelen van de Roadmap Next Economy, een initiatief in de Metropoolregio Rotterdam/Den Haag, die tot doel heeft te experimenteren met potentieel disruptieve technologie, zoals blockchain. Bij het RE-Shape researchcenter van het Radboud Ziekenhuis in Nijmegen draaide Deloitte samen met SNS Bank de pilot Pre-Scrypt en is blockchain ingezet bij het voorschrijven van herhaalmedicatie bij chronische gezondheidsproblemen. Volgens het ziekenhuis is de huidige logistiek rond medicatie in Nederland gebrekkig en patiëntonvriendelijk. Pre-Scrypt biedt patiënten een up-to-date overzicht van de verschillende medicijnen die ze gebruiken. Door de onderliggende blockchain heeft de patiënt de controle over zijn digitale identiteit. Hij kan zelf beslissen met welke zorgverlener hij informatie deelt en naar wie hij het recept stuurt. SNS Bank leverde voor PreScrypt de zogeheten iDIN-dienst, waarmee gebruikers zich net als bij internetbankieren kunnen identificeren om een handeling te kunnen uitvoeren. In de zorg vinden tal van transacties van gevoelige informatie plaats tussen artsen, patiënten, verzekeraars en farmaceutische bedrijven. En veel interacties betekent ook veel potentiële fouten en onnodig tijdverlies. Bultens: ‘Ook de slechte beveiliging van veel ict-systemen in ziekenhuizen is zorgelijk en maakt het hackers tamelijk eenvoudig gegevens in te zien. Weliswaar is blockchaintechnologie nog geen panacee voor de grote informatiseringsvraagstukken in de zorg, maar Pre-Scrypt is wel een eerste veelbelovende stap op weg naar een digitaal veilige, klantvriendelijke zorgomgeving.’   ISO-audits Bij de certificerende instelling De Norske Veritas GL heeft Deloitte sinds kort een proef lopen om de bewijslast voor certificering van ISO-zorgsystemen, zoals het risicomanagement, in blockchain te deponeren en daarmee de betrouwbaarheid van de gegevens te garanderen. Knoeien met een audit is er dan niet meer bij. Bultens: ‘Het deponeren van een document gebeurt dan door middel van een digitale vingerafdruk, ook wel “hashwaarde” genoemd. Een hashwaarde is een datablok als uitkomst van een wiskundige berekening over de inhoud van een bestand. Dat bestand is altijd uniek, dus niet meer te veranderen. Ook hier weer dus het voordeel van blockchain: iedereen kan op hetzelfde moment naar hetzelfde document kijken, je hoeft het document niet meer op vijftig plaatsen te deponeren.’   Blockchain en de overheid Ook overheden onderzoeken de mogelijkheden van blockchain met pilots bij zowel rijksoverheid als gemeenten. Zo doet het samenwerkingsverband Drechtsteden (onder meer Dordrecht) mee aan de blockchainpilots van de Pilotstarter, een initiatief van de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) in het kader van de Digitale Agenda 2020 met als doel de gemeentelijke informatievoorziening te vernieuwen. Dennis van der Valk is consultant blockchain van Drechtsteden. Hij hoeft zich geen seconde te bedenken als hem wordt gevraagd naar het duiden van blockchain. ‘Disruptief’, zegt hij. ‘De blockchaintechnologie gooit de oude paradigma’s overboord. De techniek is er klaar voor, nu moeten we vertrouwen kweken. Daarvoor kijken we eerst, zoals nu in Pilotstarter gebeurt, naar kleine processen. Voor de gemiddelde burger is de technologie waarop het werkt ook niet aaibaar. Het zit aan de achterkant van het internet. Gemeenten zijn in veel transacties met de burger niet meer dan de derde partij, de administratieve schakel, die met blockchain uitgeschakeld kan worden.’ De gemeenten Drechtsteden en Schiedam kijken in opdracht van het Centraal Inkoopbureau naar de aanvraag van een parkeerkaart voor gehandicapten met blockchaintechnologie. Deze aanvraag vraagt nu van de aanvrager die niet mobiel is veel fysieke contactmomenten. Niet altijd even makkelijk. Bovendien wordt de papieren parkeerkaart achter de voorruit vaak gestolen. ‘Die kaart zal straks niet meer nodig zijn’, zegt Van der Valk. ‘Door data te koppelen in de blockchain kunnen we de handmatige aanvraag automatiseren en de parkeerfaciliteiten voor een gehandicapte koppelen aan een app. Daarmee kan de gebruiker een vrije parkeerplaats vinden en betalingen doen. Handhavers kunnen de gegevens van het kenteken in de blockchain controleren via de smart contracts van de Rijksdienst Wegverkeer.’ De Gemeenschappelijke Regeling waarin de Drechtsteden met elkaar samenwerken vereist ook veel interne financiële verrekeningen. Van der Valk: ‘We hopen aan te tonen dat dit proces efficiënter verloopt met een blockchain.’   Doelmatiger controleren Automatisering heeft de gemeente Schiedam al veel kosten bespaard. De vraag was hoeveel kosten besparing en efficiëntie nog mogelijk zou zijn als de inkoop- en facturering via blockchain, dus bovenop al bestaande ict-oplossingen, zou verlopen. Wanneer bijvoorbeeld een factuur niet aan de eisen voldoet, kan die niet in het systeem geboekt worden. Ook de eindejaars accountantscontrole van de boeken is tijdrovend omdat alle correcties en uitzonderingen uitgezocht moeten worden. Schiedam ontdekte al snel de voordelen van blockchain. Een deel van de controlemomenten kan plaatsvinden voordat een inkoopopdracht geplaatst wordt. Eerst wordt gekeken of er budget voor is. Die check is mogelijk doordat binnen de blockchain alle informatie realtime beschikbaar is. Schiedam overweegt ook om een dashboard of webportal te ontwikkelen waar leveranciers hun facturen kunnen indienen. Met het dashboard kan dan via smart contracts gecontroleerd worden of de factuur aan alle eisen voldoet. Dit voorkomt dan correcties achteraf. Of neem, om een andere toepassing van blockchain te noemen, de Stadjerspas in Groningen. Die geeft inwoners van de stad de kans om specifieke door de overheid gesubsidieerde diensten af te nemen. In het geld is dus al voorgeprogrammeerd waarvoor het kan worden uitgegeven. Ook de rijksoverheid experimenteert met blockchain. Zo is de Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) al enige tijd bezig met digitaal inspecteren. De I< wil weten of de controle op de rij- en rusttijden van vrachtwagenchauffeurs doelmatiger en transparanter kan. Nu vergt dit een omvangrijke administratie, met veel correcties. De eerste proeven met blockchain hebben laten zien dat wanneer transporteurs data van de rij- en rusttijden via de blockchain met IL&T delen, er veel meer controles kunnen plaatsvinden. Ook kunnen betere ‘risicoprofielen’ over (potentiële) overtreders van de rij- en rusttijden opgesteld worden. Blockchain mag, tot slot, dan een technologie zijn met een grote voorspelde impact op de economie, de stelling dat werken met blockchain noodzakelijk zou zijn om niet in de branche achterop te raken, gaat Willem Peter de Ridder te ver. ‘Je kunt administratieve processen ook efficienter maken door te robotiseren, of door controles op databases te laten uitvoeren door kunstmatige intelligentie. Blockchain heeft veel potentie, maar is geen onvermijdelijk technologie.’ Bron: Sigmaonline.nl | Auteur: Loek Kusiak Lees hier meer over Mavim; een uniek platform, gebaseerd op bestaande Microsoft technologieën, dat organisaties in staat stelt innovatie-initiatieven te visualiseren, af te stemmen en te prioriteren met hun strategische bedrijfsvisie.  

Copyright © 2024 Mavim B.V.