Overslaan en naar de inhoud gaan

transformatie

Top-3 Gartner schaalversnellers voor digitale transformatie
Inhoud CIO's die proberen om de digitale transformatie in goede banen te leiden met de snelheid die nodig is om te slagen, hebben volgens Gartner een mix van drie schaalversnellers (Scale Accelerators) nodig. De drie schaalversnellers omvatten: digitale behendigheid (Digital Dexterity) netwerkeffect technologieën (Network Effect Technologies) en een geïndustrialiseerd digitaal platform (Industrial Digital Platform). Tijdens de openingskeynote op Gartner Symposium / ITxpo 2017 in Barcelona , benadrukken Gartner-analisten dat schaal niet alleen over grootte gaat, maar ook over het heen en weer verplaatsen. Schaalvergroting maakt efficiëntieverbeteringen mogelijk. Scaling Across neemt de vaardigheden van de ene organisatie in de andere over, terwijl Scaling Out interne en externe platforms en ecosystemen met elkaar verbindt.   Eerste Scale Accelerator: Digital Dexterity Digitale behendigheid gaat over een nieuw organisatieontwerp en een nieuwe talentenmix voor een nieuwe werkomgeving - een goed presterende digitale werkplek. Organisaties moeten intern veranderen om extern te veranderen, aldus Gartner.  "Om te schalen, hebben we mensen met digitale handigheid nodig, mensen die samenwerken, wendbaar, analytisch, innovatief en creatief zijn", zegt Tina Nunno, vicepresident en Gartner Fellow. "Mensen die zowel het vermogen als de wens hebben om bestaande en opkomende technologieën te exploiteren voor betere bedrijfsresultaten." Een digitaal handige cultuur vereist drie bouwstenen: Technologie, Betrokkenheid en Diversiteit. "Het is tijd om technologie voor gebruikerservaring te ontwikkelen op ervaringsvaardigheden, zoals ontwerpdenken, begeleide navigatie en a / b-tests zegt Leigh McMullen, managing vice president bij Gartner. "Investeer in SaaS-applicaties die medewerkers het voor zichzelf gemakkelijk maken om zaken voor zichzelf te doen - zaken als data-visualisatie en applicatie-integratie. Maak gebruik van virtuele persoonlijke assistenten om iedereen te bevrijden van taken met een lage waarde." De tweede bouwsteen is betrokkenheid. "Betrek mensen bij het ontwerpcentrum voor uw technologie en uw processen," Nunno. "Daarvoor kunnen we de wetenschap van gedragsverandering gebruiken, bijvoorbeeld door medestanders, vertrouwde beïnvloeders en sociale normering te gebruiken. Zo komen we dichter bij het creëren van de juiste werknemerservaring." Het derde element om een cultuur van digitale behendigheid op te bouwen, is diversiteit. CIO's zouden moeten kijken naar het benutten van diversiteit in alle vormen, zoals diverse gegevens, uiteenlopende talenten, diverse leveranciers, diverse achtergronden en diverse culturen. "Diversiteit stelt ons in staat om alle vormen van vooringenomenheid te overwinnen om de kracht van de massa en het digitale te benutten," zei McMullen.   Tweede Scale Accelerator: Network Effect Technologies Netwerkeffect technologieën transformeren het werk van de CIO van het nemen van tactische technologiebeslissingen in het bouwen van strategische platforms. Deze unieke reeks technologieën creëert betrouwbare groeipatronen, waarbij golven van verstoringen exponentieel op elkaar voortbouwen. Drie technologieën voor netwerkeffecten waarop de IT-beslisser zich voor 2018 kunt concentreren zijn: Internet of Things (IoT), API's (application programming interfaces) en kunstmatige intelligentie (AI).   IoT "IoT schaalt de fysieke wereld, met IoT kunnen we alles van oliepijpleidingen tot menselijke aderen detecteren, meten en bemiddelen. Het stelt ons in staat om sneller betere beslissingen te nemen," zei Nunno. "Naarmate het aantal aangesloten apparaten groeit, gaat u van geen informatie naar overvloedige gegevens. Het netwerkeffect van IoT converteert snel individuele objecten naar systemen.” Nunno heeft ook het soort mensen aangeduid om deze klus te klaren. "Zoek mensen die in staat zijn om alle soorten intelligentie in IoT in te bedden. Betrek professionals in gegevensbeheer om ervoor te zorgen dat u over verschillende brongegevens beschikt. Maak gebruik van de digitale behendigheid van burger data-wetenschappers."    API Terwijl IoT de fysieke wereld schaalt, schalen API's relaties in ecosystemen. Ze stellen CIO's in staat om eenvoudig partners, werknemers en zelfs concurrenten te verbinden tot een levendig, op het web gebaseerd netwerk dat waarde voor iedereen ontsluit. "De waarde komt langzaam naar voren en versnelt dan snel naarmate er meer deelnemers aan het ecosysteem worden toegevoegd en nieuwe API's worden ontdekt en gebruikt. Dat is het netwerkeffect", aldus McMullen.  Met IoT-schaalvergroting in de fysieke wereld en API's die relaties schalen, beschouwt AI mensen opschalen. Gartner is van mening dat AI mensen zal helpen, niet zal vervangen. Bepaalde banen zijn verloren gegaan in elke technologische revolutie en er zijn nieuwe banen gecreëerd. AI is niet anders. Gartner-analisten zeiden dat het echte potentieel met AI de vergroting van mensen is. "Het beste gebruik van AI vandaag en in de toekomst zal zijn om de menselijke capaciteiten te vergroten," zei Nunno. "Een menselijke machine is slimmer dan alleen, de machine schaalt de persoon, de persoon schaalt de machine."   Derde Scale Accelerator: industrialiseer het digitale platform Het geïndustrialiseerde digitale platform ontketent de digitale behendigheid van personeel en het ontsluit de mogelijkheden van technologie voor netwerkeffecten. Industrialiseren betekent een digitaal platform gebruiken om nieuwe digitale marktplaatsen te creëren aldus Gartner. "Het mooie van het geïndustrialiseerde digitale platform is dat het de IT-beslisser in staat stelt om op schaal in alle richtingen waarde te creëren: omhoog, naar voren en naar achteren," zei Nunno. "Waarde creatie was vroeger een richting: van de organisatie naar klanten. Nu kan waard creatie in alle richtingen opschalen, van iedereen en overal." Organisaties zullen hun digitale ambitie moeten bepalen door te bepalen wat voor soort organisatie zij willen zijn. Zonder een digitale bedrijfsambitie hebben organisaties gewoon een verzameling projecten. Vervolgens moeten CIO's voortbouwen op hun oude systemen. Ze zouden hun gemoderniseerde legacy-applicaties en hun digitale platform voor massale integratiecomplexiteit op grote schaal moeten combineren. Ze moeten hun platforms intern integreren, evenals met externe ecosysteempartners. Extern integreren is essentieel, omdat de best presterende CIO's verwachten dat ze het aantal belangrijke ecosysteempartners dat ze in de komende twee jaar hebben verdubbeld, zo besluit Gartner.Bron: Executive People  
Handvatten voor succesvolle strategie-executie
Inhoud Strategische ideeën hebben organisaties meestal genoeg maar het gaat vaak mis bij de uitvoering. Er is te weinig ‘executiekracht’. In zijn boek Strategie=Executie beschrijft organisatieadviseur Jacques Pijl een model om tot betere uitvoering van de strategie te komen. Zijn model bespreekt hij ook tijdens het 12e Jaarcongres Procesmanagement op 23 november aanstaande. Jacques Pijl komt al vele jaren in de bestuurskamers van Nederlandse organisaties. Welke stemming treft hij daar nu aan? Ziet men alweer kansen nu de crisis achter de rug is, of is saneren en somberen nog steeds het parool? Pijl: ‘Bestuurders hebben veel achter de rug: ze moesten saneren, tegelijk focussen op disruptieve innovaties van Uber-achtig kaliber, werken volgens agile- en scrum-methodieken, noem maar op. Terwijl de verkoop ondertussen door moest gaan. Wat ik nu met name aantref bij organisaties, is dat ze zich veel te eenzijdig richten op het ‘why’, op het waarom. De drie bekende cirkels (waarom, hoe, wat) van Simon Sinek kom ik overal tegen: in zijn model van de gouden cirkel noemt hij de drie niveaus waarop organisaties en mensen opereren: waarom je iets doet, hoe je het doet en wat je doet. Sinek stelt terecht dat je moet beginnen bij het waarom om echt succesvol te zijn in het aanboren van energie bij mensen. Nou, dat hebben veel organisaties zich ter harte genomen. Maar door die hyperige focus op het waarom zijn ze de aandacht verloren voor het net zo noodzakelijke ‘hoe’, oftewel de executie van die strategie.’     Organisaties besteden te veel aandacht aan het waarom  en verwaarlozen het hoe, de executie van hun strategie. Pijl baseert zijn boek op de constatering dat er veel misgaat in de uitvoering van strategieën. Hoeveel is veel? ‘Wetenschappers schatten de faalkans in op 60 tot 90%.’ Fors dus. Dat falen loopt uiteen van het vastlopen van ogenschijnlijk overzichtelijke veranderprojecten en -programma’s, tot compleet mislukte reorganisaties, fusies die nooit de beloofde schaalvoordelen opleveren en grootschalige ICT-transformaties bij de overheid die de soep indraaien en veel meer geld en tijd kosten dan was afgesproken.   Besteed meeste tijd aan executie Pijl en zijn onderzoeksteam analyseerden voor dit boek 300 artikelen en boeken, 75 casestudies. Daarnaast interviewden ze ruim zestig topbestuurders uit zowel de publieke als de private sector. Daaruit kwamen zes ‘succesfactoren’ (zie kader) die gevestigde en nieuwe organisaties kunnen helpen om tot een goede executie van hun strategie te komen; zoals de noodzaak om digitaal te innoveren, het uitroepen van de strategie-executie tot ‘nummer 1 taak’ en de keus om je tijd voor hooguit 20% te besteden aan strategie en 80% aan de executie van die strategie.     Een fout die veel veranderaars maken is dat ze zich  tijdens de strategie-executie alleen richten op de verdeling van mensen en geld. ‘Een fout die veel veranderaars maken is dat ze zich tijdens de strategie-executie alleen richten op de verdeling van mensen en geld. Dat is op zich niet onterecht, maar de juiste aanwending van tijd is een net zo belangrijke succesfactor. Binnen organisaties heb je 80% van de tijd nodig voor de pure executie, in plaats van dat je eindeloos tijd verspilt met strategische analyse en het ontwerpen van nieuwe werkwijzen en structuren. Bestuurders blijven vaak veel te lang hangen in het formuleren van de strategie.’   6 succesfactoren strategie-executie Onderscheid drie typen verandering (verbeteren, vernieuwen, innoveren) en doe ze alle drie. Laat je niet verleiden tot eenzijdigheid. Verstoor of wordt verstoord, digitale innovatie is geen keuze. Maak de ‘wie’ belangrijker dan het waarom, hoe en wat. Maak van strategie-executie je nummer 1 taak. Kies bij het indelen van je tijd voor 20% strategie en 80% executie.   Drie typen verandering Maar hoe ziet die executie er idealiter uit? Pijl rafelt dat begrip uiteen in aan de ene kant de dagelijkse gang van zaken (kortweg ‘run’) en aan de andere kant verandering (’change). Binnen die verandering maakt Pijl vervolgens onderscheid tussen drie typen: verbeteren, vernieuwen en innoveren.   ‘Een voorbeeld van type één zijn Lean-programma’s per afdeling die elke maand tot een paar verbeteringen leiden. Een voorbeeld van type twee is een integratieprogramma na een overname. Een voorbeeld van type drie is Knab van Aegon, een innovatief nieuw bankconcept als tijdige reactie op hoe je als gevestigde bank een kans weet te maken uit de vele fintechbedreigingen. Van type één naar type drie wordt de verandering steeds fundamenteler. Elk type vereist een andere aanpak. En je wilt een goede balans in het portfolio van veranderingen. Succesvolle organisaties maken dit ­onderscheid systematisch.’   De januskop: gezonde schizofrenie tussen exploitatie én innovatie Hoe organiseer je deze drie typen veranderingen? ‘De eerste twee typen, verbeteren en vernieuwen, organiseren succesvolle organisaties in en met de lijnorganisatie, in het hart van de ‘run’-kant. Zo exploiteren ze het bestaande businessmodel maximaal. Maar verandering van type drie, innovatie, durven ze echt anders te organiseren: verregaand of geheel apart, in innovatieve samenwerkingsverbanden of door het nemen van aandelen in of overnames van start-ups. En je ziet slimme combinaties van al deze vormen.’ In zijn boek omschrijft Pijl dit ook wel als de januskop: binnen de organisatie moet je zorgen voor een gezonde schizofrenie, dus zowel het bestaande businessmodel zo goed mogelijk runnen, verbeteren en vernieuwen, als tegelijkertijd werken aan het fundamenteel innoveren van nieuwe businessmodellen. Dat tegelijk-twee-kanten-opkijken lijkt een lastige spagaat.   Hogere snelheid nodig ‘Voor type drie innovatie, heb je echt een tweede, hogere snelheid nodig’, zegt Pijl. ‘Daarom moet je het disruptief innoveren onderbrengen in een eigen team, onder een eigen merk, en wellicht op een andere locatie, zodat je goed gas kunt geven. Alleen dan kun je grensverleggend innoveren.’ Van het wachten op briljante invallen moet hij niks hebben, veel te riskant: ‘Ook disruptieve innovatie moet je zien als een proces dat je zo goed mogelijk moet organiseren. Te lang heeft er rond innovatie een waas van mystiek gehangen. Terwijl cases van succesvolle innovatie leren dat je de kans op zo’n innovatie flink vergroot door gewoon heel systematisch en planmatig te werken. Strategie-executie en innovatie moet je ook organiseren als een proces, net als verkoop, logistiek of klachtenafhandeling.’Bron: Sigma OnlineBenieuwd hoe Mavim u kan helpen te komen van strategie tot executie? Lees hier meer over het Mavim platform
Kwaliteitsmanagement in tijden van de plug & play-organisatie
Inhoud De afgelopen decennia hebben organisaties zich steeds meer gespecialiseerd. Ze zijn steeds meer gaan samenwerken met toeleveranciers en ketenpartners. Hierdoor zijn clusters van bedrijven en bedrijfstakken ontstaan met voor elke organisatie een duidelijke rol en positie in de waardeketen. Door verregaande digitalisering is de wereld drastisch aan het veranderen, met grote gevolgen voor organisaties. Wat betekent dat voor organisaties en voor de rol van de kwaliteitsmanager? Organisaties kun je omschrijven als samenwerkende processen. Vraag een procesmanager wat een organisatie is, dan zal hij zeggen: een verzameling processen. Stel je een jurist dezelfde vraag dan zegt hij: een verzameling contracten. Het maakt duidelijk dat een organisatie uit meerdere onderdelen bestaat die goed met elkaar moeten samenwerken. Dit vraagt om voortdurende communicatie en coördinatie. Het is een van de belangrijkste redenen voor het bestaan van een organisatie: de interne samenhang en nauwe communicatie tussen de verschillende onderdelen, hulpbronnen, processen en contracten.   Digitalisering Digitalisering krijgt een steeds grotere invloed op organisaties. Tot voor kort bleef de invloed beperkt tot de IT-afdeling, die zich mocht ontfermen over de werkplekken en beveiliging van de smartphones en laptops, en tot de ontwikkelafdeling die producten digitaal maakte. Digitalisering begint organisaties nu echter in hun kern te raken. Digitalisering leidt ertoe dat steeds meer producten en diensten kunnen worden opgebouwd uit dezelfde basisbouwstenen, die in elkaar kunnen worden geplugd in wisselende combinaties. Bijvoorbeeld gezondheidszorg, mobiele communicatie en verzekeringen convergeren door de opkomst van smartphones en draagbare sensoren. Daarnaast kunnen producten en diensten op elkaar voortbouwen. Op eenzelfde digitale basis of infrastructuur kunnen diverse afgeleide producten en diensten worden gemaakt: toepassingen of applicaties geheten. Denk aan de vele mobiele apps die allemaal voortbouwen op de smartphone. Of zie hoe internet een universeel distributiekanaal is geworden voor televisie, nieuws, muziek, video en boeken. Markten die decennia geleden hun eigen infrastructuur hadden, hun eigen distributiekanalen en spelers.     Vrijwel elk bedrijfsproces wordt meetbaar en kwantificeerbaar door computers, sensoren en mobiele datanetwerken. De digitale logica van computers en technologieën krijgt haar uitwerking op organisaties: deze worden ook ‘digitaal’. Vrijwel elk bedrijfsproces wordt meetbaar en kwantificeerbaar door computers, sensoren en mobiele datanetwerken. De organisatie krijgt een data-laag, de ‘cloud’. Processen worden via de data-laag stuurbaar en kunnen worden geoptimaliseerd voor de gewenste doelstellingen tot op het niveau van de eigen organisatie of de gehele waardeketen. Dit maakt het mogelijk om sneller en efficiënter in te spelen op veranderingen in de markt en om nieuwe combinaties te maken van verschillende onderdelen in de organisatie. De zogeheten transactie- en coördinatiekosten tussen processen worden drastisch verlaagd.  Tegelijkertijd zorgt dit ervoor dat het nauwelijks of geen verschil meer maakt of deze processen en onderdelen afkomstig zijn van de eigen organisatie of van buiten komen. En dat creëert weer heel nieuwe mogelijkheden voor samenwerken.   Het platform: de nieuwe organisatievorm Er wordt een meer dynamische en flexibele structuur mogelijk waarin spelers in wisselende combinaties met elkaar kunnen gaan samenwerken. Zo kunnen ze optimaal inspelen op de wensen van consumenten en een optimale gebruikerservaring bieden. De samenwerking tussen organisaties kan een stuk losser worden en minder geregisseerd vanuit één speler en meer op basis van gelijkwaardigheid. Een nieuwe, meer dynamische organisatievorm neemt hier de oude waardetekens en productpijplijnen over: het platform. Het platform faciliteert en coördineert de samenwerking tussen verschillende spelers. Het platform vormt de basis van hardware, software, infrastructuur, afspraken en protocollen waarop verschillende producten en diensten worden ontwikkeld.     Vaak leidt de vorming van een platform tot een nieuwe rolverdeling tussen de spelers in het ecosysteem. Vaak leidt de vorming van een platform tot een nieuwe rolverdeling tussen de spelers in het ecosysteem: we zien een platformaanbieder die zich ontfermt over het platform, de bijbehorende hardware, software en infrastructuur. Dit kan bijvoorbeeld omdat zij hun product of dienst openstellen voor derden zodat deze er toepassingen op kunnen ontwikkelen. Andere spelers pluggen in op dit platform en ontwikkelen toepassingen en content die op het platform voortbouwt.   Voorbeeld Neem bijvoorbeeld de mobiele appstores van Apple en Google, bestaande uit een smartphone met marktplaats. Duizenden ontwikkelaars en aanbieders hebben hun diensten op de platformen van deze spelers gebouwd. Apple en Google introduceren voortdurend nieuwe hardware en software om de prestaties van hun platform te verbeteren. Via de marktplaats vinden consumenten en aanbieders elkaar en worden diensten afgerekend. Apple en Google bepalen hoeveel ruimte ontwikkelaars en aanbieders krijgen. Apple is het strengste en bewaakt de kwaliteit en stabiliteit van de toepassingen en diensten op het platform zorgvuldig om zo de gebruikerservaring te garanderen. Het kan betekenen dat een product wordt geweerd van het platform.   Plug & Play organisatie De mobiele appstores zijn slechts een eerste stap in de wereld van de plug & play-organisatie. Producten en diensten worden een beetje opengemaakt zodat derden er toepassingen op mogen ontwikkelen. Andere spelers pluggen in op het platform, haken aan en bouwen erop voort.     Grote processen kunnen dankzij digitalisering worden opgedeeld in kleine stukken die kunnen worden verdeeld over een netwerk van grotere of kleinere spelers. Een volgende stap is het verder uiteenvallen van organisaties in losse onderdelen die als legostenen in elkaar passen. Grote processen kunnen dankzij digitalisering worden opgedeeld in kleine stukken die kunnen worden verdeeld over een netwerk van grotere of kleinere spelers. Dit kan een netwerk van afdelingen zijn binnen de organisatie, maar net zo goed een netwerk van toeleveranciers in de keten of daarbuiten.   Wisdom of the crowds Andersom kunnen kleine ‘bijdragen’, waar dan ook ter wereld, worden geaggregeerd tot een groot geheel. Er kunnen zelfs geheel nieuwe inzichten uit meerdere bronnen worden gehaald, kennis die impliciet besloten ligt in de informatie: een collectieve intelligentie of wisdom of crowds. De samenwerking tussen deze organisaties wordt hierbij volledig geautomatiseerd. Organisaties geven elkaar geautomatiseerde digitale toegang en bepalen onder welke voorwaarden en tegen welke betalingen de diensten worden geleverd, wie daarvoor verantwoordelijk is en hoe de data en toegang ertoe geregeld zijn.   API Een kernbegrip daarbij zijn de zogeheten API’s: Application Programming Interfaces. Die bepalen hoe de processen er aan de buitenkant uitzien: voor ontwikkelaars die er toepassingen en diensten op willen bouwen en voor partners die er gebruik van willen maken en de processen willen integreren in hun dienst. Vaak worden deze API’s vrijgegeven voor iedere organisatie die of ieder individu dat er toepassingen mee wil ontwikkelen.   Gedistribueerde organisaties Dit maakt het mogelijk om processen volledig gedistribueerd te organiseren uit allemaal losse ‘blokjes’ (processen) die ad hoc met elkaar worden verbonden. ‘Zwermachtige’ organisaties dus. (De platformen van) Uber, Airbnb en Alibaba zijn daarvan goede voorbeelden: ze brengen grote groepen vragers (bijvoorbeeld: consumenten) en aanbieders of dienstverleners (bijvoorbeeld: taxichauffeurs) samen, zonder dat ze zelf mensen, materiaal of fabrieken bezitten.     Op de platformen versterken vraag- en aanbodzijde elkaar zodat er een zichzelf versterkend netwerkeffect ontstaat. Het zijn virtuele organisaties die alleen de coördinatie verzorgen van de samenwerking: het matchen van vraag en aanbod, het faciliteren van de transacties tussen partijen en het bewaken van de kwaliteit van vraag en aanbod. Daarvoor gebruiken ze geavanceerde algoritmen en reputatiesystemen, die worden gevoed door wederzijdse beoordelingen van vragers en aanbieders. De spelers interacteren via het platform. Op de platformen versterken vraag- en aanbodzijde elkaar zodat er een zichzelf versterkend netwerkeffect ontstaat dat leidt tot concentratie van marktmacht en populariteit bij consumenten. Dat maakt platformen een uiterst krachtige organisatievorm.   Het organiseren van vertrouwen Voor samenwerking is vertrouwen uiterst belangrijk. Daarom zien we een groeiende belangstelling voor technieken als blockchain en smart contracts: er wordt pas toestemming gegeven om het ‘blokje’/het proces te gebruiken wanneer aan vooraf vastgestelde voorwaarden is voldaan. Door de beveiligde gedistribueerde manier van informatieopslag is het vrijwel onmogelijk om misbruik te maken van het systeem. Zo wordt op een nieuwe manier vertrouwen georganiseerd in een complexe omgeving van samenwerkingsverbanden. Met deze technologieën kunnen complexe samenwerkingsverbanden worden aangegaan waarbij partijen onderling prijzen en tarieven onderhandelen en bijhouden wie welke bijdrage heeft geleverd aan de totstandkoming van een product of dienst. Dat wordt belangrijker omdat in veel markten de samenwerking steeds complexer wordt, zoals de energiemarkt en bij financiële transacties, waarbij een groot aantal spelers betrokken is.   Radicale reorganisatie Deze ontwikkelingen zijn de voorbode van een nieuwe golf van radicale reorganisaties. Hierin gaan organisaties zich nog meer specialiseren en zich alleen nog richten op waar ze excellent in zijn en het verschil kunnen maken. Alle andere processen kunnen worden ingehuurd en er kan worden ingeplugd bij andere organisaties die voldoende schaalgrootte hebben om tegen lage kosten te kunnen leveren. Ze wegen voortdurend af wat ze zelf doen en wat ze van buiten halen omdat anderen het beter kunnen. Zo bouwde Philips het gezondheidsplatform Health Suite op de clouddiensten van Amazon en de customer relations software van Salesforce. Daarmee kan het alle energie en middelen richten op zijn kerncompetentie: het interpreteren van gezondheidsdata voor medisch specialisten in het ziekenhuis. Een mooi voorbeeld van plug&play.     Voor veel organisaties betekent dit dat er slechts één gespecialiseerde bouwsteen (een ‘proces’) overblijft die de organisatie uniek maakt en die alle kennis en ervaring samenbrengt. Voor veel organisaties betekent dit dat er slechts één gespecialiseerde bouwsteen (een ‘proces’) overblijft die de organisatie uniek maakt en die alle kennis en ervaring samenbrengt. Deze bouwsteen is in het digitale tijdperk in steeds meer markten en bedrijfstakken in te zetten als onderdeel van de nieuwe platformen en integrale gebruikerservaringen. Bedrijven kunnen met hun gespecialiseerde processen diverse markten betreden waar ze tot nu toe nog niet actief waren. We zien dat nu al gebeuren bijvoorbeeld met de kunstmatige intelligentie van IBM Watson. Deze is beschikbaar als bouwsteen en wordt inmiddels gebruikt in talloze bedrijfstakken uiteenlopend van de zorg, veiligheid, logistiek, speelgoed en klantenservices.    Radicale reorganisatie van markten Links de ‘analoge’ situatie met in elke markt (m1, m2, m3, m4) telkens verschillende waardeketens waarin organisaties samenwerken in opeenvolgende processtappen (p1, p2, p3, p4). Door digitalisering vindt horizontale en verticale consolidatie plaats waarbij spelers nabijgelegen markten overnemen (rechts). Spelers kunnen hierbij in wisselende combinaties op elkaar inpluggen.   Kwaliteitsmanagement nieuwe stijl Deze ingrijpende organisatorische en procesmatige veranderingen hebben een grote impact op kwaliteitsmanagement en het werk van de kwaliteitsmanager. Hoe bewaak je de kwaliteit van een product of dienst als deze steeds vaker onderdeel gaat uitmaken van een complete customer journey en in samenwerking met diverse partners totstandkomt? Vrijwel geen enkele organisatie kan nog de volledige controle houden over de gehele customer journey of de complete gebruikerservaring door de grote afhankelijkheid van derden. Marktleiders op het gebied van gebruikerservaring zoals Apple en Disney kiezen hun partners daarom zorgvuldig uit en houden de teugels strak met slechts een kleine speelruimte voor partners. Ze leveren daarbij in aan innovativiteit en wendbaarheid en zullen goed moeten opletten dat gebruikers geïnteresseerd blijven als markten verzadigen. Daarnaast heeft de kwaliteitsmanager een grote verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van zijn proces, zeker wanneer dit proces via API’s beschikbaar wordt gesteld aan derden. Hij zal expliciet moeten maken aan welke voorwaarden wordt voldaan en tegelijkertijd voorwaarden moeten stellen onder welke derden er gebruik van kunnen maken. Via de gebruikersvoorwaarden van het platform of via de smart contracts kan hij de voorwaarden verankeren in de geautomatiseerde omgeving. Daarnaast biedt het platform nieuwe mogelijkheden om de kwaliteit van producten of diensten mede te laten beoordelen door consumenten. Zij kunnen direct aangeven hoe zij een bepaald aanbod of een bepaalde processtap waarderen. Deze directe terugkoppeling heeft krachtige nieuwe manieren om te sturen op kwaliteit. Via reputatiesystemen kan een zelfregulerend mechanisme worden ingebouwd in de platformen. Een hogere waardering levert doorgaans meer afzet op of gunstigere gebruikersvoorwaarden. Deze zet de aanbieders en vragers ertoe aan om hun kwaliteit te verbeteren. Zo wordt het werk van de kwaliteitsmanager dynamischer en uitgebreid met wat voorheen iets van de afdeling marketing, productie of aftersales was.Bron: Sigma Online
5 vragen aan Will Hoogstad (Unigarant – ANWB Verzekeringen)
Inhoud Sinds 2012 is Will Hoogstad CFO bij Unigarant. Of eigenlijk Unigarant en UVM, want Unigarant kennen we als verzekeraar maar juridisch gezien is het een volmacht van de verzekeraar UVM. Beide bedrijven zijn 100 procent dochters van ANWB. Dat verklaart ook dat naast de merknaam Unigarant in het B2B-kanaal het label ANWB Verzekeren gevoerd wordt voor het B2C-kanaal. Om het gemakkelijk te maken maar ook omdat het aandeel van het B2C-kanaal inmiddels groter is dan van Unigarant, wordt het bedrijf tegenwoordig met Unigarant – ANWB Verzekeren aangeduid. Beide namen zijn sinds 2 jaar ook aanwezig op de gevel van het kantoorpand in Hoogeveen. BrightStone Group stelt Will Hoogstad 5 vragen, deels gebaseerd op het financieel jaarverslag van Unigarant.   BrightStone Group: Kun je allereerst iets vertellen over je achtergrond en hoe je in het (zaken)leven staat? Hoogstad: "De verzekeringen ben ik ingerold omdat ik mijn scriptie voor econometrie bij Nationale Nederlanden heb geschreven. Meneer De Wit, een grootheid in verzekeringsland destijds, las deze en zei 'je moet hier maar komen werken'. Daar heb ik nooit spijt van gehad, want in ruim 20 jaar heb ik daar alle geledingen van het bedrijf mogen zien. Via Fortis Corporate Insurance (het huidige AMLIN) werd ik CFO van VvAA, een ledenorganisatie voor zorgprofessionals.  En nu werk ik alweer 5 jaar voor een andere ledenorganisatie, de ANWB. Een ledenorganisatie, is dat dan anders? Ja, ik vind van wel. Wij stellen de leden centraal in alles wat we doen. In een markt van prijsvechters bieden wij bijvoorbeeld producten die niet alleen scherp geprijsd zijn maar óók een uitstekende dekking bieden. En als leden per ongeluk 2 (of meer) doorlopende reisverzekeringen hebben afgesloten dan betalen we de premie over de afgelopen jaren ongevraagd terug. Dat is onze cultuur en dat past prima bij mij."    BrightStone Group: Twee gedeeltes uit het jaarverslag waarop je mag reageren. "Om te blijven excelleren in klantgericht verzekeren worden in 2017 onderscheidende producten geïntroduceerd en huidige producten aangepast zodat die goede aansluiting vinden bij de huidige en toekomstige klantbehoefte."  Hoogstad: "Om te beginnen zijn we trots op onze operationele processen. Zowel de NPS bij schadebehandeling als klantcontact ligt structureel boven de 40 en dat is de top van de markt. De voor ons logische volgende stap is dan om kritisch naar het productenpakket te kijken. Met de huidige techniek is zoveel mogelijk. Wij zijn de eerste grote aanbieder van een pay-how-you-drive autoverzekering in Nederland.  Met een OBD-stick in de auto meten we het rijgedrag en geven we de klant feedback met tips om het gedrag te verbeteren. En bij een nette rijstijl belonen we de klant met een aanzienlijke korting op de premie. Momenteel is meer dan de helft van de nieuwsluitingen een zogenaamde Veilig Rijden-polis. Maar de combinatie van bezit en internet biedt nog veel meer mogelijkheden. Wij werken nu aan proposities voor fietsen en woonhuizen." "In lijn met de afgelopen jaren gaan we verder met de intensivering van de samenwerking met ANWB voor logische product- en dienstencombinaties."  Hoogstad: "Dat wij een dochter zijn van de ANWB biedt ons unieke mogelijkheden. Waar verkeersveiligheid een speerpunt is voor ANWB vertalen wij dat in een Veilig Rijden-verzekering. Een logische samenwerking. Met de data die wij verzamelen krijgen we een goed beeld van gevaarlijke verkeerssituaties, bijvoorbeeld omdat we veel rem-ingrepen op bepaalde locaties zien. Dat kan ANWB weer goed gebruiken in de maatschappelijke discussie rondom veiligheid.  Als de Wegenwacht auto’s weer op weg helpt, dan kan dat met fietsen ook. Dus bieden we tegen een kleine vergoeding pechhulp voor fietsen aan. Dat lijkt wellicht overbodig, tot je verhalen hoort van werkende ouders waar schoolgaande kinderen stranden met een lekke band. Of elektrische fietsen die er de brui aan geven. Er zijn nog legio mogelijkheden om de diverse activiteiten van de ANWB te verbinden met verzekeren, dus wacht maar af!"    BrightStone Group: Hoe ziet de samenwerking tussen Unigarant en ANWB eruit en welke afspraken en workflows op het vlak van finance & risk gelden er tussen beide? Hoogstad: "De samenwerking is de afgelopen jaren ontegenzeggelijk intensiever geworden. Unigarant is ooit gestart als volmacht-bedrijf en toen daar verzekeraar UVM bij kwam, was dat toch spannend. Met het toegenomen belang van het ANWB-verzekeringslabel en met consistent zwarte cijfers, zien we de liefde van twee kanten opbloeien. Sinds een paar jaar maakt de CEO van Unigarant ook onderdeel uit van het directieteam van de ANWB.  Van de vijf directieleden van Unigarant zijn er vier met grote regelmaat op het hoofdkantoor van ANWB om daar – heel actueel – bijvoorbeeld de nieuwe strategie vorm te geven of anderszins de samenwerking op te zoeken. Op finance & risk gebied daarentegen opereren we redelijk autonoom, wat voor een groot deel met DNB als toezichthouder te maken heeft. Voor DNB zijn wij een zelfstandige verzekeraar met een eigen governance. Richting ANWB is het altijd weer een uitdaging om onze cijfers voldoende inzichtelijk te presenteren. Er zit meestal wel iets bijzonders tussen de ruim 1,7 miljoen polishouders."    BrightStone Group: Nog een gedeelte uit het jaarverslag waar je op mag reageren. "De toenemende wet- en regelgeving en digitalisering van onder andere het schadeproces vragen om verdere investeringen in de interne organisatie."  Hoogstad: "Laat ik stellen dat er weinig onzinnige wet- en regelgeving is. Wat mij wel vaak tegenvalt is het gebrek aan proportionaliteit. Dat de overheid een beschermende taak heeft naar consumenten begrijpen we, maar om daar nu een sleepwet tegenover te zetten? PARP als onderdeel van de Bgfo is prima om een tweede woekerpolis-affaire te voorkomen, maar het is best een zware opgave als je fietsen verzekert. Ook de AVG zorgt weer voor een boel werk, maar als het tonnen gaat kosten om interne testbestanden te anonimiseren dan kun je daar vraagtekens bij hebben. Dus ja, we investeren om hieraan te voldoen.  Digitalisering van processen is echt van deze tijd. Steeds meer klanten vinden het fijn om bijvoorbeeld een schade digitaal te melden. Daarom investeren wij hierin, en niet zonder succes. Ruim 60 procent van alle reisschaden is de afgelopen weken digitaal gemeld en een aanzienlijk deel daarvan is automatisch afgehandeld. Het zorgt voor meer snelheid, een (nog) hogere klanttevredenheid en lagere proceskosten."    BrightStone Group: De Solvency II richtlijn stelt eisen op het gebied van kapitaal, governance en informatievoorziening, met als doel de markt een duidelijker beeld te geven van de kapitaal-toereikendheid van Europese verzekeraars. Hoogstad: "De oude kapitaaleisen konden echt niet meer, dus ondanks zijn enorme ontwikkeltijd is Solvency II een verbetering. Maar de uitwerking is typisch Europees: alle nationale bijzonderheden moesten een plaatsje krijgen, nationale afwijkingen werden gesanctioneerd, het tempo van invoering is niet overal hetzelfde en modelmatig is het (dus) geen topper. Als ik me goed herinner was transparantie voor de consument een van de belangrijkste uitgangspunten.  Nu lees ik verhalen van financieel journalisten die gewoon fout zijn, dus dat doel is helaas niet gehaald. Ik vraag me ook echt af hoe vaak Solvency II de boardroom haalt. Als dat al zo is dan gaat het om de Solvency Capital Ratio (SCR), waar een hoge ratio duidt op een goede solvabiliteit. Maar hoe hoog moet die dan zijn? Delta Lloyd ging kapitaal aantrekken terwijl de SCR best redelijk was met alle gevolgen van dien. Het wachten is op de volgende versie van het solvabiliteitstoezicht, want er moeten nog een paar weeffouten uit."Bron: Executive Finance  
De rode draad bij transformaties
Inhoud Transformatie is ‘hot’ en is dat al jaren. Dat blijkt wel uit de talloze nieuwsberichten en het aantal hits dat je zoekmachine op de term ‘transformatie’ uitspuugt. Transformaties zijn noodzakelijk! Noodzakelijk om nieuwe markten aan te kunnen boren, om beter in te kunnen spelen op de behoeften van klanten, om nieuwe producten en diensten te kunnen lanceren of simpelweg om je bestaansrecht als organisatie te behouden in een wereld die continu verandert. De druk om te transformeren neemt dan ook toe, te meer daar technologische ontwikkelingen er steeds weer voor zorgen dat je als organisatie in moet kunnen spelen op en gebruik moet kunnen maken van alle ontwikkelingen en innovaties die zich voordoen. Even ‘pas op de plaats’ nemen is er niet meer bij.   De harde waarheid is dat zelfs onder de beste omstandigheden succes niet gegarandeerd is. Volgens de meest optimistische voorspellingen van McKinsey mislukt 70% van alle pogingen tot transformatie.  - David Jacquemont, ‘How to beat the transformation odds'   En juist die pas op de plaats is geen overbodige luxe bij het formuleren van de transformatiestrategieën voor de organisatie. Het is immers allang geen geheim meer dat meer dan de helft van alle transformatie-initiatieven kansloos mislukt. Onderzoek van zowel McKinsey als Gartner heeft uitgewezen dat tot 70% van alle pogingen tot transformatie faalt. De vraag die dan al snel rijst, is “Waarom slagen zo weinig of mislukken zoveel transformaties?”. Het is niet gemakkelijk om op deze vraag een eensluidend antwoord te geven. Vaak liggen er meerdere oorzaken ten grondslag aan het feit dat transformatie-initiatieven niet het gewenste resultaat opleveren. Eén kenmerk dat echter opvallend vaak opduikt bij onderzoek naar en analyse van verandertrajecten is de enorme omvang van dergelijke projecten. En daarin schuilt meteen de valkuil. Uit het langjarig onderzoek van de Standish Group is namelijk duidelijk geworden dat het vooral grote (IT-)projecten zijn waar problemen ontstaan. Wanneer we deze ‘grote’ projecten buiten beschouwing laten, blijken de resultaten een aanzienlijk positiever beeld te vertonen. Zo is van alle projecten met een omvang van minder dan $1 miljoen aan arbeidskosten slechts vier procent als mislukt bestempeld. Daar steken de grote projecten knap negatief bij af, want van de IT-projecten met arbeidskosten van meer dan $10 miljoen mislukte liefst 44 procent. De crux zit ‘m dus blijkbaar in de omvang van het project: hoe kleiner het project, hoe groter de kans van slagen.   Maar wat betekent dat voor grote verandertrajecten en omvangrijke transformaties? Eigenlijk is het antwoord op die vraag dan weer erg simpel: transformeer op kleine, gefragmenteerde schaal. Dat betekent dus dat je het beoogde project opdeelt in kleinere, behapbare brokken en een geïntegreerde benadering hanteert bij de uitvoering van (het) project(en). Belangrijk daarbij is om rekening te houden met een aantal obstakels die al gauw de kop opsteken of die zich eigenlijk altijd al op de achtergrond voordeden.   Organisatieafdelingen ‘Waarom staan organisatieafdelingen in de weg naar transformatie’ zul je je misschien afvragen. Om die vraag te beantwoorden, moeten we even terug in de tijd. Afdelingen zijn in het verleden ontstaan uit een sterke behoefte en keuze van de organisatie om zich zo handig en praktisch mogelijk te organiseren. Afdelingen werden ontwikkeld met als doel de activiteiten van de organisatie te coördineren en daarmee efficiëntie te creëren binnen het de betreffende afdeling. Wat dus het meest handig is voor de organisatie zelf. Echter, organisaties ontlenen hun bestaansrecht niet aan zichzelf, maar aan de klanten die zij bedienen. Het werken binnen afdelingen mag dan handig zijn voor de organisatie, maar diezelfde afdelingen versperren tegelijkertijd de weg naar overdracht en verspreiding van kennis. Om nog maar te zwijgen over de inefficiëntie die optreedt als het estafettestokje van de ene afdeling naar de andere afdeling moet worden overgedragen. Het doel van een afdeling is dus allerminst klantgericht te noemen en klantgerichtheid staat doorgaans nou juist hoog in het vaandel bij transformaties of ligt er zelfs aan ten grondslag.   Een strikte, disciplinaire aanpak Vaak worden transformaties of verandertrajecten geïnitieerd vanuit een specifieke discipline binnen de organisatie. Met name de IT-tak wordt vaak bestempeld als initiator omdat alle innovaties en digitaliseringen door de IT-gerelateerde, technologische vernieuwingen immers beginnen bij IT. Tenminste, dat is veelal de gedachtegang. Net als bij organisatieafdelingen het geval is, veroorzaakt een strikte, disciplinaire aanpak nog meer vertraging door het gebrek aan overdracht en kennis. Een multidisciplinaire aanpak, bij voorkeur gestuurd vanuit één platform, is dan ook ‘the way to go’ die zal leiden tot integratie en overdracht van kunde en kennis over de grenzen van disciplines. Tot genoegen van alle betrokkenen binnen de organisatie en tot nog groter genoegen van de klanten die zij bedienen.   Gebrek aan afstemming tussen strategie en uitvoering Aan creatieve ideeën en weldoordachte initiatieven die van positieve invloed kunnen zijn bij transformaties ontbreekt het bij de meeste organisaties niet. Sterker nog: de schat aan ideeën en initiatieven zijn van onschatbare waarde bij het formuleren van de juiste strategie. Waar het echter vaak mis gaat, is bij het vertalen van de vastgestelde strategie naar de uitvoering. Juist omdat de omstandigheden bijna continu veranderen is het geen sinecure om de strategie om te zetten in zorgvuldig geplande en goed uitvoerbare activiteiten. Deze connectie tussen strategie en uitvoering is echter essentieel en vormt een obstakel dat alleen getackeld kan worden als er gebruik wordt gemaakt van een systeem waarin zowel de bestaande situatie als de gewenste situatie en de impact daarvan op een dynamische manier kan worden gevisualiseerd.   Veel technologie, maar geen platform Transformaties zijn onlosmakelijk verbonden met technologie. Zo zijn er talloze digitale hulpmiddelen die een organisatie kunnen helpen om taken te automatiseren en om de klantervaring te verbeteren. Al die hulpmiddelen ‘an sich’ zullen een organisatie echter niet helpen op hun weg naar transformatie. Wat organisaties wel helpt is een systematische aanpak én een platform dat inzicht biedt in de mogelijke gevolgen en in de impact van al die digitale oplossingen op de processen, op de mensen en op de systemen.   Wat heb je nodig om jouw transformatie te laten slagen? Het geheim van iedere transformatie, klein, middelgroot of groot, schuilt in inzicht. Inzicht in de aanwezige kennis en kunde over de grenzen van afdelingen en disciplines, inzicht in de impact van de uitvoering van de strategie, inzicht in de bestaande technologieën, maar bovenal inzicht in de impact die veranderingen hebben op de mensen, processen en systemen binnen de organisatie en op de klanten daarbuiten. Het gebruik van een digitaal platform, zoals Mavim, helpt je om al die inzichten te verkrijgen. Daarbij biedt Mavim niet alleen de hierboven genoemde inzichten, maar biedt het tevens een verbinding met belangrijke managementthema’s zoals compliance, verandermanagement, optimalisering van de klantreis, implementatie van bedrijfskritische systemen en het beheren van het strategisch portfolio.   De Week van Transformatie Hoe Mavim van betekenis kan zijn en welke oplossingen het Mavim Platform iedere organisatie bij elke gewenste transformatie kan bieden, kun je horen, zien en ervaren tijdens De Week van Transformatie. In de week van 19 tot en met 23 november bieden wij je aan de hand van webinars, workshops en praktijksessies tal van inzichten, kennis, ervaring en mogelijkheden die jou en je organisatie kunnen helpen bij het realiseren van een duurzame transformatie. Klik hier voor meer informatie over De Week van Transformatie

Copyright © 2024 Mavim B.V.